V-N 2022/24.12
Niet invullen trustvraag in aangifte voldoende voor toepassing bewijssanctie
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
27 mei 2022
- Magistraten
Van Hilten, Punt, Feteris, Faase, Van Eijsden
- Zaaknummer
20/01587
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS649562:1
- Vakgebied(en)
Fiscaal procesrecht / Bewijs
Fiscaal bestuursrecht / Aanslag
Fiscaal bestuursrecht / Aangifte
- Brondocumenten
Beroepschrift, Hoge Raad, 27‑05‑2022
ECLI:NL:HR:2022:767, Uitspraak, Hoge Raad, 27‑05‑2022
ECLI:NL:PHR:2021:36, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 12‑01‑2021
- Wetingang
art. 7 lid 1, art. 8 lid 1 onderdeel a, art. 25 lid 3 en art. 27e AWR
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat het niet-doen van de vereiste aangifte door de trustvraag niet te beantwoorden in de regel al van voldoende gewicht is om de sanctie van omkering en verzwaring van de bewijslast te rechtvaardigen. De uitzonderingen hierop zijn in casu niet van toepassing.
Samenvatting
X is bestuurder/aandeelhouder van twee bv’s en een limited, waarvan de aandelen (indirect) worden gehouden door een naar Panamees recht opgerichte foundation. X is voor 97% gerechtigd tot de baten hieruit en is lid van de ‘Board of Advisors’. X maakt in zijn IB-aangifte over 2008 geen melding van zijn betrokkenheid ...