Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 806/2014 tot vaststelling van eenvormige regels en een eenvormige procedure voor de afwikkeling van kredietinstellingen en bepaalde beleggingsondernemingen in het kader van een gemeenschappelijk afwikkelingsmechanisme en een gemeenschappelijk afwikkelingsfonds en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1093/2010
Artikel 92 Rekenkamer
Geldend
Geldend vanaf 19-08-2014
- Bronpublicatie:
15-07-2014, PbEU 2014, L 225 (uitgifte: 30-07-2014, regelingnummer: 806/2014)
- Inwerkingtreding
19-08-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
15-07-2014, PbEU 2014, L 225 (uitgifte: 30-07-2014, regelingnummer: 806/2014)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
De Rekenkamer stelt over elke periode van twaalf maanden ingaande op 1 april van elk jaar een speciaal verslag op.
2.
In elk verslag wordt onderzocht of:
- a)
er voldoende aandacht is geschonken aan de zuinigheid, efficiëntie en doeltreffendheid waarmee het Fonds is gebruikt, en met name aan de noodzaak om het Fonds zo min mogelijk te gebruiken;
- b)
de steun uit het Fonds doelmatig en nauwgezet is beoordeeld.
3.
Elk verslag uit hoofde van lid 1 wordt opgesteld binnen zes maanden na het einde van de periode waarop het verslag betrekking heeft.
4.
Na overweging van de door de afwikkelingsraad overeenkomstig artikel 63 opgestelde definitieve rekeningen, stelt de Rekenkamer vóór 1 december na elk boekjaar een verslag op over haar bevindingen. De Rekenkamer brengt met name verslag uit over eventuele gerelateerde verplichtingen (voor de afwikkelingsraad, de Raad, de Commissie of andere betrokkenen) die voortvloeien uit de verrichting door de afwikkelingsraad, de Raad en de Commissie van hun taken uit hoofde van de verordening.
5.
Het Europees Parlement en de Raad kunnen erom verzoeken dat de Rekenkamer andere relevante kwesties onderzoekt die onder hun in artikel 287, lid 4, VWEU bedoelde bevoegdheid vallen.
6.
De in de leden 1 en 4 bedoelde verslagen worden toegezonden aan de afwikkelingsraad, het Europees Parlement, de Raad en de Commissie en worden onverwijld openbaar gemaakt.
7.
Binnen twee maanden na de datum waarop elk verslag overeenkomstig lid 1 openbaar wordt gemaakt, stelt de Commissie een gedetailleerde schriftelijke reactie op, die openbaar wordt gemaakt.
Binnen twee maanden na de datum waarop elk verslag overeenkomstig lid 4 openbaar wordt gemaakt, stellen de afwikkelingsraad, de Raad en de Commissie elk een gedetailleerde schriftelijke reactie op, die openbaar wordt gemaakt.
8.
De Rekenkamer is bevoegd om van de afwikkelingsraad, de Raad en de Commissie alle informatie te verkrijgen die relevant is voor de vervulling van haar taken krachtens dit artikel. De afwikkelingsraad, de Raad en de Commissie verstrekken alle gevraagde informatie binnen de termijn die door de Rekenkamer kan worden gesteld.