NJB 2017/923

Poging overtreding van art. 248a Sr mogelijk indien de daadwerkelijke leeftijd van de persoon die wordt bewogen ontuchtige handelingen te plegen of zodanige handelingen te dulden niet jonger is dan achttien jaren? Van belang is of de gedragingen van de verdachte naar de uiterlijke verschijningsvorm zijn gericht op de voltooiing van het delict dat bestaat in het opzettelijk tot het plegen van ontuchtige handelingen bewegen van een persoon waarvan de verdachte redelijkerwijs moest vermoeden dat deze de leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt en of die gedragingen dus moeten worden aangemerkt als een begin van uitvoering van het voorgenomen misdrijf van art. 248a Sr. In casu kon het hof oordelen dat dit het geval is, mede gelet op het korte tijdsverloop en het nauwe verband tussen het bericht van de verdachte op de webpagina Hyves aan de tienjarige betrokkene en het vervolgens door verdachte gevoerde chatgesprek via het MSN-account van betrokkene met haar vader onder haar naam