NJ 2011/451
NN-getuige en bewijs.
HR 02-11-2010, ECLI:NL:HR:2010:BM9774, m.nt. J.M. Reijntjes
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
2 november 2010
- Magistraten
Mrs. F.H. Koster, W.M.E. Thomassen, C.H.W.M. Sterk
- Zaaknummer
09/02247
- Conclusie
A-G Knigge
- Noot
J.M. Reijntjes
- LJN
BM9774
- JCDI
JCDI:ADS127273:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BM9774, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 02‑11‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BM9774, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 15‑06‑2010
- Wetingang
Srart. 350; Svart. 344a lid 3
Essentie
NN-getuigenverklaring gebezigd tot bewijs. Het bewijsmiddel — een proces-verbaal van bevindingen, inhoudende een verklaring van een passant die stelde absoluut niet te willen dat zijn naam bekend zou worden — moet worden aangemerkt als een schriftelijk bescheid houdende de verklaring van een persoon wiens identiteit niet blijkt conform art. 344a lid 3 Sv. Blijkens het proces-verbaal ter zitting in appel heeft de verdediging aldaar verzocht de desbetreffende persoon als getuige op te roepen en heeft het Hof dat verzoek afgewezen. Aldus is sprake van de in art. 344a lid 3 sub b Sv bedoelde situatie. Art. 344a ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.