NJB 2020/577:Een werkneemster is als schoonmaakster werkzaam op twee locaties, ieder voor tien uur per week. De werkgever verzoekt ontbinding van de arbeidsovereenkomst. De kantonrechter wijst het verzoek af. Het hof bepaalt alsnog dat de arbeidsovereenkomst eindigt, en weegt mee het gedrag van de werkneemster na de beschikking van de kantonrechter mee. Hoge Raad: 1. Gedeeltelijke ontbinding. Het gaat op dit moment de rechtsvormende taak van de Hoge Raad te buiten om te voorzien in de mogelijkheid van gedeeltelijke ontbinding van de arbeidsovereenkomst. Dit laat onverlet dat een arbeidsovereenkomst door of op initiatief van partijen op andere manieren gedeeltelijk kan worden beëindigd. 2. Ontbindingsverzoek afgewezen door de kantonrechter. Hoger beroep. Ex tunc. Ex nunc. De appelrechter dient aan de hand van de hem ten tijde van zijn beslissing bekende feiten en omstandigheden te beoordelen of het ontbindingsverzoek ten onrechte is afgewezen

NJB 2020/577

Een werkneemster is als schoonmaakster werkzaam op twee locaties, ieder voor tien uur per week. De werkgever verzoekt ontbinding van de arbeidsovereenkomst. De kantonrechter wijst het verzoek af. Het hof bepaalt alsnog dat de arbeidsovereenkomst eindigt, en weegt mee het gedrag van de werkneemster na de beschikking van de kantonrechter mee. Hoge Raad: 1. Gedeeltelijke ontbinding. Het gaat op dit moment de rechtsvormende taak van de Hoge Raad te buiten om te voorzien in de mogelijkheid van gedeeltelijke ontbinding van de arbeidsovereenkomst. Dit laat onverlet dat een arbeidsovereenkomst door of op initiatief van partijen op andere manieren gedeeltelijk kan worden beëindigd. 2. Ontbindingsverzoek afgewezen door de kantonrechter. Hoger beroep. Ex tunc. Ex nunc. De appelrechter dient aan de hand van de hem ten tijde van zijn beslissing bekende feiten en omstandigheden te beoordelen of het ontbindingsverzoek ten onrechte is afgewezen

Documentgegevens:

HR 21-02-2020, ECLI:NL:HR:2020:283

Instantie: Hoge Raad
Datum: 21 februari 2020
Magistraten: Mrs. E.J. Numann, C.E. du Perron, M.J. Kroeze, C.H. Sieburgh, F.J.P. Lock
Zaaknummer: 18/03869
Folio weergave: Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Vakgebied(en): Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
Brondocumenten: ECLI:NL:HR:2020:283, Uitspraak, Hoge Raad, 21‑02‑2020
ECLI:NL:PHR:2019:955, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 06‑09‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 12‑09‑2018
Wetingang: (art. 6:265, 6:270, 7:611, 7:669 lid 3, art. 7:670b, 7:671b lid 1, art. 7:673, 7:683 lid 5, art. 7:686 BW)

Essentie

Een werkneemster is als schoonmaakster werkzaam op twee locaties, ieder voor tien uur per week. De werkgever verzoekt ontbinding van de arbeidsovereenkomst. De kantonrechter wijst het verzoek af. Het hof bepaalt alsnog dat de arbeidsovereenkomst eindigt, en weegt mee het gedrag van de werkneemster na de beschikking van de kantonrechter mee. Hoge Raad: 1. Gedeeltelijke ontbinding. Het gaat op dit moment de rechtsvormende taak van de Hoge Raad te buiten om te voorzien in de mogelijkheid van gedeeltelijke ontbinding van de arbeidsovereenkomst. Dit laat onverlet dat een arbeidsovereenkomst door of op initiatief van partijen op andere manieren gedeeltelijk kan ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.