RvdW 2016/498
Ontslagbescherming lid medezeggenschapsorgaan; ondernemingsraad die niet geheel voldoet aan eisen WOR. Schadevergoeding wegens kennelijk onredelijk ontslag op voet art. 7:681 (oud) BW; omstandigheden ingetreden na ontslag; motiveringseisen.
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
8 april 2016
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, A.H.T. Heisterkamp, G. Snijders, M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
14/04880
- Conclusie
A-G mr. G.R.B. van Peursem
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Civiel recht algemeen (V)
Arbeidsrecht (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:604, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 08‑04‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:20, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 29‑01‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 21‑11‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 16‑09‑2014
Essentie
Ontslagbescherming lid medezeggenschapsorgaan; ondernemingsraad die niet geheel voldoet aan eisen WOR. Schadevergoeding wegens kennelijk onredelijk ontslag op voet art. 7:681 (oud) BW; omstandigheden ingetreden na ontslag; motiveringseisen.
Art. 7:670 lid 4 en art. 7:670a lid 1 (oud) BW kennen ontslagbescherming toe aan (onder meer) een werknemer die lid is van een ondernemingsraad, respectievelijk een werknemer die is geplaatst op een kandidatenlijst voor een ondernemingsraad of korter dan twee jaar geleden lid is geweest van een ondernemingsraad. Deze bepalingen kunnen onder omstandigheden ook toepassing vinden in een geval dat de ondernemingsraad niet in alle opzichten voldoet aan ...