Einde inhoudsopgave
Handelsregisterwet 2007
Artikel 28 [Inzage door bestuursorgaan]
Geldend
Geldend vanaf 01-10-2024
- Bronpublicatie:
15-12-2021, Stb. 2019, 280 jo Stb. 2022, 23 (uitgifte: 20-01-2022, kamerstukken: 35889)
26-06-2019, Stb. 2019, 280 jo Stb. 2022, 23 (uitgifte: 22-08-2019, kamerstukken: 34687)
- Inwerkingtreding
01-10-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
09-09-2024, Stb. 2024, 251 (uitgifte: 12-09-2024, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Economische ordening
1.
De in artikel 10, tweede lid, onderdeel a, en derde lid, onderdeel e, onder 1°, eerste gedachtestreepje, en artikel 16, eerste lid, bedoelde gegevens kunnen worden ingezien door een bestuursorgaan in het kader van de uitoefening van zijn wettelijke taak of bevoegdheid of een rechtspersoon met een overheidstaak als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel a, van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur in het kader van de uitoefening van zijn wettelijke bevoegdheid.
2.
De in artikel 15a, tweede lid, onderdelen a, b en d, genoemde gegevens en de in artikel 15a, derde lid, genoemde bescheiden kunnen door de Financiële inlichtingen eenheid of een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen bevoegde autoriteit worden ingezien.
3.
Artikel 22 is van overeenkomstige toepassing op verstrekking van gegevens als bedoeld in het eerste of tweede lid.
4.
Bij het verstrekken van gegevens omtrent de samenstelling van ondernemingen en rechtspersonen worden deze gegevens uitsluitend gerangschikt naar natuurlijke personen, indien het verzoek daartoe wordt gedaan door een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan of rechtspersoon met een overheidstaak als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel a, van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur in het kader van de uitoefening van zijn wettelijke taak of bevoegdheid.
5.
Bij het verstrekken van gegevens en bescheiden omtrent de uiteindelijk belanghebbenden worden deze gegevens uitsluitend gerangschikt naar natuurlijke personen, indien het verzoek daartoe wordt gedaan door de Financiële inlichtingen eenheid of een krachtens het tweede lid aangewezen bevoegde autoriteit, voor zover de Financiële inlichtingen eenheid of die bevoegde autoriteit handelt in het kader van de uitoefening van haar wettelijke taak of bevoegdheid.
6.
De Kamer verstrekt de gegevens en bescheiden omtrent een uiteindelijk belanghebbende aan de Financiële inlichtingen eenheid of aan een krachtens het tweede lid aangewezen bevoegde autoriteit op een zodanige wijze dat de vennootschap of andere juridische entiteit, bedoeld in artikel 15a, eerste lid, geen weet heeft van de verstrekking.