FED 2014/33
Hoge Raad schept (wederom) meer duidelijkheid over de onzakelijke lening en borgstelling in Vpb-sfeer
HR 28-02-2014, ECLI:NL:HR:2014:417, m.nt. mr. I.M. de Groot
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
28 februari 2014
- Magistraten
Overgaauw, Bavinck, Van Loon, Koopman, Van Kalmthout
- Zaaknummer
12/03526
- Noot
mr. I.M. de Groot
- JCDI
JCDI:ADS273680:1
- Vakgebied(en)
Vennootschapsbelasting (V)
Inkomstenbelasting / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2014:417, Uitspraak, Hoge Raad, 28‑02‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 28‑02‑2014
- Wetingang
Essentie
Hoge Raad schept (wederom) meer duidelijkheid over de onzakelijke lening en borgstelling in Vpb-sfeer
Uitspraak
Het geschil betreft de aanslag vennootschapsbelasting 2001.
OP HET BEROEP IN CASSATIE VAN BELANGHEBBENDE OVERWEEGT DE HOGE RAAD:
3.1.
In cassatie kan van het volgende worden uitgegaan.
3.1.1.
Belanghebbende vormt samen met haar dochtervennootschap, [A] B.V., een fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting. [B] (hierna: [B]) is enig aandeelhouder van belanghebbende. Belanghebbende investeert en participeert met enige regelmaat in diverse ondernemingen met de bedoeling de verworven aandelenbelangen met winst te verkopen.
3.1.2.
Belanghebbende is enig aandeelhouder van [C] B.V. (hierna: [C]). Deze vennootschap is ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.