VR 2018/169
Weigering ademanalyse. EMA. Dubbele vervolging?
HR 16-01-2018, ECLI:NL:HR:2018:23
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
16 januari 2018
- Magistraten
mrs. Van Schendel, Buruma, Van den Brink
- Zaaknummer
16/01513
- Conclusie
A-G mr. Harteveld
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Verkeersstrafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:23, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 16‑01‑2018
ECLI:NL:PHR:2017:1454, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 21‑11‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 10‑01‑2017
- Wetingang
Essentie
Weigering ademanalyse. EMA. Dubbele vervolging?
Samenvatting
Het oordeel van het hof dat erop neerkomt dat het Openbaar Ministerie het recht tot strafvervolging van de verdachte niet verliest door de enkele omstandigheid dat in verband met hetzelfde feit – de bewezenverklaarde weigering mee te werken aan de ademanalyse – een EMA is opgelegd, geeft niet blijk van een onjuiste rechtsopvatting en is evenmin ontoereikend gemotiveerd.
Partij(en)
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Amsterdam van 18 februari 2016, nummer 23/002863-15, in de strafzaak tegen:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1991.