Prg. 2020/224
Bewijslastverdeling. Beding in algemene huurvoorwaarden woning dat het aan de huurder is om te bewijzen dat hij daar onafgebroken hoofdverblijf heeft, is niet onredelijk bezwarend.
Hof 's-Hertogenbosch 28-04-2020, ECLI:NL:GHSHE:2020:1443, m.nt. mr. P.J.M. Ros
- Instantie
Hof 's-Hertogenbosch
- Datum
28 april 2020
- Magistraten
Mrs. C.E.L.M. Smeenk-van der Weijden, I.B.N. Keizer, M.E. Smorenburg
- Zaaknummer
200.242.012_01
- Noot
mr. P.J.M. Ros
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS230774:1
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Bewijs
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHSHE:2020:1443, Uitspraak, Hof 's-Hertogenbosch, 28‑04‑2020
- Wetingang
Essentie
Verbintenissenrecht. Is beding in algemene voorwaarden huurovereenkomst woning dat huurder onafgebroken aldaar zijn hoofdverblijf heeft en dit, zo nodig moet bewijzen, onredelijk bezwarend?
Nee. Huurder is immers als enige op de hoogte van wat zich in gehuurde afspeelt en dat geldt niet voor verhuurder.
Samenvatting
De huurder komt in appel op tegen de beslissing van de kantonrechter dat huurder niet geslaagd is in het bewijs dat hij zijn onafgebroken hoofdverblijf heeft in de litigieuze woning. Op grond daarvan mocht de verhuurder de huurovereenkomst ontbinden. In art. 6.6.2 van de algemene voorwaarden bij de huurovereenkomst is bepaald dat het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.