Einde inhoudsopgave
Overeenkomst ter uitvoering van het tussen de Regeringen van de Staten van de Benelux Economische Unie, de Bondsrepubliek Duitsland, en de Franse Republiek op 14 juni 1985 te Schengen gesloten akkoord betreffende de geleidelijke afschaffing van de controles aan de gemeenschappelijke grenzen
Partijen en gegevens
Geldend
Geldend vanaf 01-09-1993
- Bronpublicatie:
19-06-1990, Trb. 1990, 145 (uitgifte: 19-10-1990, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-09-1993
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
27-08-1993, Trb. 1993, 115 (uitgifte: 27-08-1993, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Bijzondere onderwerpen
Douane (V)
Bronnen
Trb. 1990, 145
Trb. 1993, 115
Trb. 1994, 39
Trb. 1994, 155
Trb. 1994, 217
Trb. 1995, 5
Trb. 1995, 75
Trb. 1995, 234
Trb. 1996, 71
Trb. 1996, 300
Trb. 1997, 122
Trb. 1998, 262
Trb. 2000, 96
PbEG 2001, L 150
Trb. 2001, 187
PbEG 2002, L 190
PbEG 2002, L 328
PbEU 2003, L 67
PbEU 2004, L 162
Trb. 2004, 228
PbEU 2004, L 369
PbEU 2005, L 68
Trb. 2005, 253
Trb. 2005, 280
Trb. 2005, 294
PbEU 2006, L 105
PbEU 2006, L 381
PbEU 2006, L 405
PbEU 2007, L 29
PbEU 2008, L 299
PbEU 2008, L 348
PbEU 2009, L 243
PbEU 2010, L 85
Trb. 2010, 291
PbEU 2017, L 327
PbEU 2018, L 312
PbEU L, 2023/2667
Partijen
Partij | Datum inwerkingtreding | Voorbehoud |
---|---|---|
België | 01-09-1993 | |
Denemarken | 25-03-2001 | |
Duitsland | 01-09-1993 | |
Estland | 21-12-2007 | |
Finland | 25-03-2001 | |
Frankrijk | 01-09-1993 | |
Griekenland | 01-12-1997 | |
Hongarije | 21-12-2007 | |
IJsland | 25-03-2001 | |
Italië | 01-07-1997 | |
Letland | 21-12-2007 | |
Litouwen | 21-12-2007 | |
Luxemburg | 01-09-1993 | |
Malta | 21-12-2007 | |
het Koninkrijk der Nederlanden (het Europese deel van Nederland) | 01-09-1993 | |
Noorwegen | 25-03-2001 | |
Oostenrijk | 01-12-1997 | |
Polen | 21-12-2007 | |
Portugal | 01-03-1994 | |
Slovenië | ||
Slowakije | 21-12-2007 | |
Spanje | 01-03-1994 | |
Tsjechië | 21-12-2007 | |
Zweden | 25-03-2001 | |
Zwitserland | 12-12-2008 |
Voorbehouden, verklaringen en bezwaren
1 | Bekrachtiging door Frankrijk onder de volgende verklaring: En déposant son instrument d'approbation, la France déclare que, conformément à ce qui a été confirmé par les Ministres et secrétaires d'Etat réunis à Madrid le 30 juin 1993, la mise en oeuvre de la Convention est soumise à une décision du comité exécutif qui devra l'arrêter dès que les conditions préalables seront remplies. Ces conditions concernent, conformément aux deuxième et troisième alinéas du point 2 de la déclaration faite à Madrid le 30 juin 1993, la réalisation du Système d'Information Schengen opérationnel, le renforcement des contrôles aux frontières extérieures et l'amélioration de la lutte contre le trafic de stupéfiants. . |
---|---|
2 | België heeft in verband met de toepassing van artikel 60 van de Overeenkomst een aantal voorbehouden gemaakt en verklaringen afgelegd met betrekking tot het Europees Verdrag betreffende uitlevering van 13-12-1957. De tekst van die voorbehouden en verklaringen luidt als volgt: Réserves et déclarations de la Belgique à la Convention européenne d'extradition Artikel 1. Réserves ‘La Belgique se réserve le droit de ne pas accorder l'extradition lorsque l'individu réclamé pourrait être soumis à un tribunal d'exception, ou si l'extradition est demandée en vue de l‘exécution d'une peine prononcée par un tel tribunal.’ ‘L'extradition ne sera pas accordée lorsque la remise est susceptible d'avoir des conséquences d'une gravité exceptionnelle pour la personne réclamée, notamment en raison de son âge ou de son état de santé.’ Artikel 14. Déclaration ‘La Belgique considère que la règle de la spécialité n'est pas applicable lorsque la personne réclamée par elle aura consenti expressément à être poursuivie et punie de quelque chef que ce soit et ce devant l'autorité judiciaire de l'Etat requis, si cette possibilité est prévue dans le droit de cet Etat. Si par contre, l'extradition est demandée à la Belgique, celle-ci considère que, lorsque la personne à extrader a renoncé formellement aux formalités et garanties de l'extradition, la règle de la spécialité n'est plus applicable.’ Artikel 15. Déclaration ‘La Belgique considère que l'exception prévue à l'article 15 est étendue au cas où la personne que a été remise à la Belgique a renoncé conformément au droit de la Partie requise à la spécialité de l'extradition.’ Artikel 18. Réserve ‘L'obligation de la mise en liberté à l'expiration du délai de 30 jours prévue au paragraphe 4 de l'article 18 ne sera pas applicable dans le cas où l'individu réclamé aura introduit un recours contre la décision d'extradition ou concernant la légalité de sa détention.’ Artikel 19. Réserve ‘Le Gouvernement belge n'accordera l'extradition temporaire visée à l'article 19 par. 2 que s'il s'agit d'une personne qui subit une peine sur son territoire et si des circonstances particulières l'exigent.’ Artikel 21. Déclaration ‘Le Gouvernement belge n'accordera le transit sur son territoire qu'aux mêmes conditions que celles de l'extradition.’ Artikel 23. Déclaration ‘Si la demande d'extradition et les documents à produire sont rédigés dans la langue de la Partie requérante et que cette langue n'est ni le néerlandais, ni le français, ni l'allemand, ils doivent être accompagnés d'une traduction en langue française.’ Artikel 28. Réserves ‘En raison du régime particulier entre les pays du Benelux, le Gouvernement belge n'accepte pas les paragraphes 1 et 2 de l'article 28 en ce qui concerne ses rapports avec le Royaume des Pays-Bas et le Grand-Duché de Luxembourg.’ ‘Le Gouvernement belge se réserve la faculté de déroger à ces dispositions en ce qui concerne ses rapports avec les autres Etats Membres de la Communauté Européenne.’ |
3 | De Bondsrepubliek Duitsland heeft in overeenstemming met artikel 55 van de Overeenkomst een verklaring afgelegd, waarvan de tekst als volgt luidt: Die Bundesrepublik Deutschland ist durch Artikel 54 des Übereinkommens nicht gebunden,
Als Tat wird in Anwendung des Artikels 54 seitens der Bundesrepublik Deutschland derjenige geschichtliche Vorgang verstanden, wie er in dem anzuerkennenden Urteil aufgeführt is[lees: ist]. . |
4 | Het Koninkrijk der Nederlanden heeft bij nota van 25-11-1994 een verklaring bij de Luxemburgse Regering nedergelegd, krachtens artikel 57, derde lid, van de Overeenkomst, waarvan de tekst als volgt luidt: Krachtens artikel 57, derde lid, van de op 19 juni 1990 te Schengen tot stand gekomen Overeenkomst ter uitvoering van het tussen de Regeringen van de Staten van de Benelux Economische Unie, de Bondsrepubliek Duitsland en de Franse Republiek op 14 juni 1985 te Schengen gesloten Akkoord betreffende de geleidelijke afschaffing van de controles aan de gemeenschappelijke grenzen, zoals gewijzigd bij de Overeenkomsten van 27 november 1990, 25 juni 1991 en 6 november 1992 betreffende de toetreding van respectievelijk de Italiaanse Republiek, het Koninkrijk Spanje, de Republiek Portugal en de Helleense Republiek, wijst het Koninkrijk der Nederlanden als autoriteiten aan die bevoegd zijn inlichtingen te vragen en te ontvangen: het Ministerie van Justitie Postbus 20301 2500 EH Den Haag. . |
5 | Het Koninkrijk der Nederlanden heeft bij nota van 25-11-1994 een verklaring bij de Luxemburgse Regering nedergelegd naar aanleiding van de inwerkingtreding van Politiewet 1993, waarvan de Nederlandse tekst als volgt luidt: Verklaring van de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden met betrekking tot het bepaalde ten aanzien van het Koninkrijk der Nederlanden in artikel 40, vierde lid, en in artikel 41, zevende lid , van de op 19 juni 1990 te Schengen tot stand gekomen Overeenkomst ter uitvoering van het tussen de Regeringen van de Staten van de Benelux Economische Unie, de Bondsrepubliek Duitsland en de Franse Republiek op 14 juni 1985 te Schengen gesloten Akkoord betreffende de geleidelijke afschaffing van de controles aan de gemeenschappelijke grenzen, zoals gewijzigd bij de Overeenkomsten van 27 november 1990, 25 juni 1991 en 6 november 1992 betreffende de toetreding van respectievelijk de Italiaanse Republiek, het Koninkrijk Spanje, de Republiek Portugal en de Helleense Republiek: Tengevolge van de inwerkingtreding met ingang van 1 april 1994 van de Politiewet 1993 is het onderscheid tussen de Rijkspolitie en de Gemeentepolitie opgeheven; derhalve dienen de woorden ‘de ambtenaren van de Rijkspolitie en de Gemeentepolitie’ te worden gelezen als: ‘de ambtenaren, aangesteld voor de uitvoering van de politietaak’. . |