Einde inhoudsopgave
Verdrag betreffende de erkenning en de tenuitvoerlegging van buitenlandse vonnissen in burgerlijke en handelszaken
Artikel 30
Geldend
Geldend vanaf 20-08-1979
- Bronpublicatie:
01-02-1971, Trb. 1972, 144 (uitgifte: 29-11-1972, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
20-08-1979
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
24-07-1979, Trb. 1979, 111 (uitgifte: 01-01-1979, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Internationaal privaatrecht / Internationaal erkennings- en executierecht
1.
Iedere Staat kan bij de ondertekening, bekrachtiging of toetreding verklaren, dat dit Verdrag zich uitstrekt tot alle gebieden voor welker internationale betrekkingen hij verantwoordelijk is of tot één of meer van deze gebieden. Een zodanige verklaring wordt van kracht op de datum van inwerkingtreding van het Verdrag voor de betrokken Staat.
2.
Daarna wordt van zodanige uitbreidingen kennis gegeven aan het Ministerie van Buitenlandse Zaken van Nederland.
3.
Het Verdrag treedt voor de in de verklaring van uitbreiding genoemde gebieden in werking op de zestigste dag na de kennisgeving bedoeld in de voorgaande alinea.
4.
De Partijen bij een krachtens artikel 21 gesloten aanvullend akkoord bepalen zelf de territoriale reikwijdte daarvan.