V-N Vandaag 2016/2480
Voor verzoek immateriële schade geen (nadere) motivering nodig
HR 18-11-2016, ECLI:NL:HR:2016:2499
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
18 november 2016
- Zaaknummer
15/04982
- Vakgebied(en)
Fiscaal bestuursrecht / Algemeen
Internationaal belastingrecht / Belastingverdragen
Loonbelasting / Loon
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:2499, Uitspraak, Hoge Raad, 18‑11‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 18‑11‑2016
- Wetingang
Wet inkomstenbelasting 2001 (BWBR0011353, 3.81)Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Portugal tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en naar het vermogen (BWBV0001423, 33)Wet op de loonbelasting 1964 (BWBR0002471, 12a)Algemene wet bestuursrecht (BWBR0005537, 8:73)Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Portugal tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en naar het vermogen (BWBV0001423, 16)Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Republiek Portugal tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen en naar het vermogen (BWBV0001423, 15)
Essentie
De Hoge Raad verwijst de zaak naar Hof Arnhem-Leeuwarden om te beslissen op het verzoek om vergoeding van immateriële schade. Voor een verzoek om vergoeding van immateriële schade wegens overschrijding van de redelijke termijn is namelijk geen (nadere) motivering nodig.
Samenvatting
Belanghebbende, X, woont in Portugal en heeft een ab in A bv. A bv verwerft IT-opdrachten en leent personeel in en uit. In de aan X opgelegde IB-aanslag 1998 houdt de inspecteur ook rekening met een fictief loon. In geschil is of toepassing van de fictiefloonregeling verenigbaar is met het belastingverdrag met Portugal. Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt dat, ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.