V-N Vandaag 2017/1688
Voor 183-dagencriterium zijn niet alleen werkdagen van belang
HR 14-07-2017, ECLI:NL:HR:2017:1326
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
14 juli 2017
- Zaaknummer
16/03578
- Vakgebied(en)
Internationaal belastingrecht / Belastingverdragen
Loonbelasting / Loon
Inkomstenbelasting / Aanmerkelijk belang (box 2)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:1326, Uitspraak, Hoge Raad, 14‑07‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 11‑05‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:374, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 11‑05‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑08‑2016
- Wetingang
Wet op de loonbelasting 1964 (BWBR0002471, 12a)Wet inkomstenbelasting 2001 (BWBR0011353, 4.6)Wet inkomstenbelasting 2001 (BWBR0011353, 3.81)Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Koninkrijk België tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen (BWBV0001563, 16)Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en het Koninkrijk België tot het vermijden van dubbele belasting en tot het voorkomen van het ontgaan van belasting inzake belastingen naar het inkomen en naar het vermogen (BWBV0001563, 15)
Essentie
De Hoge Raad oordeelt dat bij de berekening van de 183-dagenperiode niet alleen de werkdagen, maar ook andere dagen waarop X fysiek aanwezig is in Nederland, meetellen. Verder is de fictiefloonregeling ook van toepassing.
Samenvatting
Belanghebbende, X, woont in België en heeft de Belgische nationaliteit. Via zijn vennootschap, A BvbA, verricht X werkzaamheden in Nederland voor het B bv. De inspecteur reikt een IB-aangiftebiljet 2009 uit aan X. X doet aangifte van een inkomen van nihil. In België is hij in de Personenbelasting aangeslagen voor het loon dat hij van A BvbA heeft ontvangen. De inspecteur corrigeert de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.