De civielrechtelijke zorgplicht van de beleggingsdienstverlener jegens de niet-particuliere cliënt
Einde inhoudsopgave
De civielrechtelijke zorgplicht van de beleggingsdienstverlener (O&R nr. 101) 2017/4.6.1:4.6.1 Het effectiviteitsbeginsel en de relativiteit
De civielrechtelijke zorgplicht van de beleggingsdienstverlener (O&R nr. 101) 2017/4.6.1
4.6.1 Het effectiviteitsbeginsel en de relativiteit
Documentgegevens:
I.P.M.J. Janssen, datum 01-03-2017
- Datum
01-03-2017
- Auteur
I.P.M.J. Janssen
- JCDI
JCDI:ADS364228:1
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
Allereerst de relativiteit. Wanneer het beroep op schending van de civielrechtelijke zorgplicht – die wordt bepaald door de MiFID-loyaliteitsverplichting – wordt gebaseerd op de onrechtmatige daadsactie, geldt naar nationaal recht de voorwaarde dat de geschonden norm daadwerkelijk dient te strekken tot bescherming van de cliënt in zijn geschonden belang.1 Indien de relativiteit ontbreekt, is er geen verplichting tot schadevergoeding. Het gevolg van het ontbreken van de relativiteit kan in strijd zijn met het effectiviteitsbeginsel, omdat het een succesvol beroep op de MiFID-loyaliteitsverplichting onmogelijk maakt. In de praktijk lijkt dit niet problematisch. Uit paragraaf 3.3.1 blijkt dat de relativiteit van de regels uit de Wft in principe gegeven is, niet alleen ten aanzien van particuliere cliënten maar ook bij niet-particuliere cliënten. Aangezien tot de Wft ook de implementatie van de MiFID-loyaliteitsverplichting behoort, lijkt de relativiteit van de MiFID-loyaliteitsverplichting gegeven.2 Voor zover in een uitzonderingssituatie de relativiteit ontbreekt, kan dit strijdig zijn met het effectiviteitsbeginsel. De omstandigheden van het geval kunnen het onbreken van de relativiteit echter rechtvaardigen. Indien dat echter niet het geval is, kan het effectiviteitsbeginsel ertoe leiden dat de relativiteit bij schending van de civielrechtelijke zorgplicht alsnog moet worden aangenomen.