Beschikking inzake communautaire regelingen voor snelle uitwisseling van informatie in geval van stralingsgevaar
Aanhef
Geldend
Geldend vanaf 21-12-1987
- Bronpublicatie:
14-12-1987, PbEG 1987, L 371 (uitgifte: 30-12-1987, regelingnummer: 87/600/Euratom)
- Inwerkingtreding
21-12-1987
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
14-12-1987, PbEG 1987, L 371 (uitgifte: 30-12-1987, regelingnummer: 87/600/Euratom)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Instituties
Milieurecht / Straling
Energierecht (V)
(87/600/Euratom)
Beschikking van de Raad van 14 december 1987 inzake communautaire regelingen voor snelle uitwisseling van informatie in geval van stralingsgevaar
DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Atoomenergie, inzonderheid op artikel 31,
Gezien het voorstel van de Commissie, ingediend na advies van de groep door het Wetenschappelijk en Technisch Comité aangewezen personen,
Gezien het advies van het Europese Parlement (1),
Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité (2),
Overwegende dat in artikel 2, onder b), van het Verdrag is bepaald dat de Gemeenschap uniforme veiligheidsnormen moet vaststellen voor de gezondheidsbescherming van de bevolking en de werknemers;
Overwegende dat de Raad op 2 februari 1959 richtlijnen heeft vastgesteld tot vaststelling van de basisnormen voor de bescherming van de gezondheid der bevolking en der werknemers tegen de aan ioniserende straling verbonden gevaren (3), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 80/836/Euratom (4) en Richtlijn 84/467/Euratom (5);
Overwegende dat in artikel 45, lid 5, van Richtlijn 80/836/Euratom reeds wordt bepaald dat elk ongeval dat een blootstelling van de bevolking ten gevolge heeft, indien de omstandigheden zulks vereisen, met de meeste spoed aan de aangrenzende Lid-Staten en aan de Commissie moet worden gemeld;
Overwegende dat in de artikelen 35 en 36 van het Verdrag reeds wordt bepaald dat de Lid-Staten de nodige installaties oprichten om een voortdurende controle uit te oefenen op de radioactiviteit van de lucht, het water en de bodem en de inlichtingen daaromtrent regelmatig aan de Commissie mededelen, ten einde deze op de hoogte te houden van de mate van radioactiviteit, die van invloed kan zijn op de bevolking;
Overwegende dat in artikel 13 van Richtlijn 80/836/Euratom wordt bepaald dat de Lid-Staten de Commissie regelmatig mededeling doen van de resultaten van de in dat artikel genoemde controles en schattingen;
Overwegende dat het ongeval in de kerncentrale van Tsjernobyl in de Sowjetunie heeft aangetoond dat de Commissie, in geval van stralingsgevaar, om haar taken te kunnen verrichten snel alle relevante gegevens dient te ontvangen en wel in overeengekomen vorm;
Overwegende dat er tussen de Lid-Staten enige bilaterale verdragen bestaan en dat alle Lid-Staten het IAEA-Verdrag inzake vroegtijdige kennisgeving van een nucleair ongeval hebben ondertekend;
Overwegende dat deze communautaire regelingen waarborgen dat alle Lid-Staten onmiddellijk op de hoogte worden gesteld van stralingsgevaar ten einde te bewerkstelligen dat de uniforme normen voor de bescherming van de bevolking, als bedoeld in de richtlijnen die zijn vastgesteld krachtens de tweede titel, hoofdstuk III, van het Verdrag, in de gehele Gemeenschap worden toegepast;
Overwegende dat de invoering van communautaire regelingen voor snelle uitwisseling van informatie geen inbreuk maakt op de rechten en verplichtingen van de Lid-Staten krachtens bilaterale en multilaterale verdragen of overeenkomsten;
Overwegende dat de Gemeenschap ter bevordering van de internationale samenwerking zal deelnemen aan het IAEA-Verdrag inzake vroegtijdige kennisgeving van een nucleair ongeval,
HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING VASTGESTELD: