JOR 2006/234
Enquêterecht
HR 23-06-2006, ECLI:NL:HR:2006:AX6615
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
23 juni 2006
- Zaaknummer
R05/092HR (OK 120)
- LJN
AX6615
- Vakgebied(en)
Juridische beroepen / Rechter
Ondernemingsrecht / Rechtspersonenrecht
Staatsrecht / Rechtspraak
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2006:AX6615, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 23‑06‑2006
ECLI:NL:HR:2006:AX6615, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 23‑06‑2006
- Wetingang
art. 2:344-359 BW; art. 81 RO
Essentie
Schending van statutaire en/of wettelijke bepaling is op zichzelf niet voldoende voor twijfel aan een juist beleid
Samenvatting
A-G Timmerman concludeert dat uit het enkele constateren van (een) schending(en) van statutaire (en/of wettelijke) bepalingen door het bestuur op zichzelf nog niet volgt dat er gegronde reden is voor twijfel aan een juist beleid. Bij de beoordeling van bestuurdersaansprakelijkheid moet een schending van een statutaire bepaling die de rechtspersoon beoogt te beschermen weliswaar als een zwaarwegende omstandigheid worden aangemerkt, maar uitdrukkelijk moeten ook de andere omstandigheden van het geval worden meegewogen. De A-G concludeert tot verwerping van het beroep. De ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.