BNB 2017/164
Belastingconstructie Credit Suisse. Casus wijkt deels af van BNB 2017/162c*: geen ‘gekochte winst’. Renteaftrek niet in strijd met doel en strekking van de wet. Opbrengst obligatieportefeuille valt toe aan economisch eigenaar
HR 21-04-2017, ECLI:NL:HR:2017:730, m.nt. P.G.H. Albert
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
21 april 2017
- Magistraten
Mrs. Feteris, Overgaauw, Van den Berge, Van Loon, Van Hilten
- Zaaknummer
16/03673
- Conclusie
A-G Wattel
- Noot
P.G.H. Albert
- JCDI
JCDI:ADS172401:1
- Vakgebied(en)
Inkomstenbelasting / Inkomen uit werk en woning (box 1) - niet-winst
Vennootschapsbelasting / Winstbepaling
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2017:730, Uitspraak, Hoge Raad, 21‑04‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 10‑02‑2017
ECLI:NL:PHR:2017:82, Conclusie, Hoge Raad (Parket), 09‑02‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 09‑02‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 08‑02‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 01‑09‑2016
- Wetingang
Fiscale kwalificatie; fraus legis; art. 7 Wet VPB 1969
Essentie
Belastingconstructie Credit Suisse. Casus wijkt deels af van BNB 2017/162c*: geen ‘gekochte winst’. Renteaftrek niet in strijd met doel en strekking van de wet. Opbrengst obligatieportefeuille valt toe aan economisch eigenaar
Samenvatting
Belanghebbende is een door het Credit Suisse-concern gekochte vennootschap zoals aan de orde in BNB 2017/162c*, zij het zonder gerealiseerde stille reserves. Zij is via gevoegde vennootschappen profit participating loans (PPL) aangegaan, waarbij de gevoegde vennootschap bedragen leende van F respectievelijk B. F en B – beide behorende tot de B-groep – hadden inmiddels 5% van de aandelen in de met belanghebbende gevoegde ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.