NJB 2018/460
Wet Bopz. Voortgezet verblijf in een zwakzinnigeninrichting of verpleeginrichting. Verzetcriterium. Bereidheidscriterium. Hoge Raad: Het verzetcriterium is ook van toepassing bij een machtiging tot voortgezet verblijf in een zwakzinnigeninrichting of verpleeginrichting
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
16 februari 2018
- Magistraten
Mrs. C.A. Streefkerk, M.V. Polak, C.E. du Perron, C.H. Sieburgh, H.M. Wattendorff
- Zaaknummer
17/05026
- Folio weergave
- Vakgebied(en)
Gezondheidsrecht / Bijzondere onderwerpen
Gezondheidsrecht / Geneeskundige behandeling
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:222, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 16‑02‑2018
ECLI:NL:PHR:2017:1533, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 22‑12‑2017
Beroepschrift, Hoge Raad, 25‑10‑2017
- Wetingang
(art. 1 lid 1 aanhef en onder h, art. 2 lid 1, lid 3 aanhef en onder a, art. 3, art. 15, art. 54 lid 1, lid 2 aanhef en onder a Wet Bopz)
Essentie
Wet Bopz. Voortgezet verblijf in een zwakzinnigeninrichting of verpleeginrichting. Verzetcriterium. Bereidheidscriterium. Hoge Raad: Het verzetcriterium is ook van toepassing bij een machtiging tot voortgezet verblijf in een zwakzinnigeninrichting of verpleeginrichting
Partij(en)
Betrokkene, adv. mr. C. Reijntjes-Wendenburg, vs. de officier van justitie, niet verschenen.
Uitspraak
Procesverloop
In dit geding heeft de rechtbank op verzoek van de officier van justitie een machtiging verleend tot voortgezet verblijf van betrokkene in een verpleeginrichting. De rechtbank heeft overwogen dat betrokkene blijk geeft van verzet tegen verblijf in een verpleeginrichting.
Hoge Raad
Onderdeel II klaagt dat de rechtbank heeft miskend dat de Wet ...