AB 2021/191
Art. 2:5 AV Amsterdam niet vervallen na inwerkingtreden Wet volledig verbod stiletto’s, valmessen en vlindermessen op 1 mei 2012.
HR 15-12-2020, ECLI:NL:HR:2020:1993, m.nt. J.G. Brouwer en A.E. Schilder
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
15 december 2020
- Magistraten
Mrs. V. van den Brink, A.L.J. van Strien, M.J. Borgers, J.C.A.M. Claassens, M.T. Boerlage
- Zaaknummer
18/03687
- Noot
J.G. Brouwer en A.E. Schilder
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS271428:1
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Wapens en munitie
Staatsrecht / Decentralisatie
Staatsrecht / Wetgeving
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2020:1993, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 15‑12‑2020
ECLI:NL:PHR:2020:517, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑06‑2020
Beroepschrift, Hoge Raad, 02‑08‑2019
- Wetingang
Art. 122 Gemw; art. 2:5 APV Amsterdam
Essentie
Art. 2:5 APV Amsterdam niet vervallen na inwerkingtreden Wet volledig verbod stiletto’s, valmessen en vlindermessen op 1 mei 2012.
Samenvatting
Op grond van artikel 122 Gemeentewet vervallen bepalingen van gemeentelijke verordeningen van rechtswege, als in het onderwerp waarop die bepalingen betrekking hebben, wordt voorzien door een wet, een algemene maatregel van bestuur of een provinciale verordening. Een dergelijke situatie doet zich onder meer voor als de nationale wetgever na de totstandkoming van een bepaling die is opgenomen in een gemeentelijke verordening hetzelfde onderwerp aan zich heeft getrokken (vgl. HR 24 november 1998, ECLI:NL:HR:1998:ZD1291). De ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.