NJB 2013/2625
Belediging van een ambtenaar gedurende ‘de rechtmatige uitoefening van zijn bediening’ art. 267 Sr: in casu ontoereikende motivering nu de belediging plaatsvond jegens een politieambtenaar terwijl deze zich in een woning bevond die hij was binnengetreden zonder te beschikken over de daartoe vereiste machtiging. A-G: anders
HR 26-11-2013, ECLI:NL:HR:2013:1423
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
26 november 2013
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, J. de Hullu, V. van den Brink
- Zaaknummer
11/05372
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Politierecht / Bevoegdheden
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2013:1423, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 26‑11‑2013
ECLI:NL:PHR:2013:1373, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 01‑10‑2013
Beroepschrift, Hoge Raad, 22‑11‑2012
- Wetingang
(Sr art. 267 onder 2)
Essentie
Belediging van een ambtenaar gedurende ‘de rechtmatige uitoefening van zijn bediening’ art. 267 Sr: in casu ontoereikende motivering nu de belediging plaatsvond jegens een politieambtenaar terwijl deze zich in een woning bevond die hij was binnengetreden zonder te beschikken over de daartoe vereiste machtiging. A-G: anders
Uitspraak
Inleiding:
Verdachte is veroordeeld wegens belediging in de zin van art. 266 jo. 267 onder 2 Sr omdat hij – kort gezegd – opzettelijk beledigend een ambtenaar, te weten een brigadier bij politie, ‘gedurende de rechtmatige uitoefening van zijn bediening, in diens tegenwoordigheid mondeling heeft toegevoegd de woorden “Je ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.