RvdW 2015/211
Voorbedachte raad onvoldoende gemotiveerd.
HR 27-01-2015, ECLI:NL:HR:2015:122
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
27 januari 2015
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, N. Jörg, V. van den Brink
- Zaaknummer
13/06365
- Conclusie
A-G mr. F.W. Bleichrodt
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:122, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 27‑01‑2015
ECLI:NL:PHR:2014:2795, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 25‑11‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 24‑06‑2014
- Wetingang
Art. 289 Wetboek van Strafrecht
Essentie
Oordeel dat verdachte met voorbedachte raad heeft gehandeld is ontoereikend gemotiveerd nu volgens het hof de gelegenheid voor verdachte om na te denken over de betekenis en de gevolgen van zijn voorgenomen daad en om zich daarvan rekenschap te geven, zich in het bijzonder voordeed vanaf het moment waarop verdachte het slachtoffer tevergeefs om geld heeft gevraagd, waarbij het hof omtrent de duur van dit tijdsbestek niets anders heeft vastgesteld dan dat de verdachte in dat tijdsbestek naar de wc, de keuken en de berging is gegaan en in de berging een snoer heeft afgeknipt. Zonder nadere motivering is ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.