NJB 2012/2197
Indien de verdediging de betrouwbaarheid of rechtmatigheid van de verkrijging van enig bewijsmiddel aanvecht, brengen beginselen van een behoorlijke procesorde mee dat de verdediging in beginsel ook de kennisneming van voor de beoordeling daarvan van belang zijnde, niet tot de processtukken behorende, documenten niet mag worden onthouden
HR 02-10-2012, ECLI:NL:HR:2012:BX5001
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
2 oktober 2012
- Magistraten
Mrs. W.A.M. van Schendel, H.A.G. Splinter van Kan en W.F. Groos
- Zaaknummer
11/00543
- LJN
BX5001
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2012:BX5001, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑10‑2012
ECLI:NL:HR:2012:BX5001, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 02‑10‑2012
Beroepschrift, Hoge Raad, 20‑06‑2011
- Wetingang
(Sv art. 359)
Essentie
Indien de verdediging de betrouwbaarheid of rechtmatigheid van de verkrijging van enig bewijsmiddel aanvecht, brengen beginselen van een behoorlijke procesorde mee dat de verdediging in beginsel ook de kennisneming van voor de beoordeling daarvan van belang zijnde, niet tot de processtukken behorende, documenten niet mag worden onthouden
Uitspraak
Inleiding:
Tot het dossier in deze ontuchtzaak (o.a. seksueel binnendringen lichaam van dochter beneden 12 jaar) behoren enkele uit het dagboek van aangeefster c.q. het slachtoffer afkomstige pagina’s die zij in haar 14e levensjaar schreef. Op de terechtzitting in hoger beroep zet de verdediging uiteen dat en waarom het noodzakelijk ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.