JWB 2000/11
Bewijs, Waardering, Partij-verklaring
HR 07-04-2000, ECLI:NL:PHR:2000:AA5404
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
7 april 2000
- Zaaknummer
C98/230HR
- LJN
AA5404
- Vakgebied(en)
Recht algemeen (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2000:AA5404, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 07‑04‑2000
ECLI:NL:PHR:2000:AA5404, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑04‑2000
- Wetingang
Art. 177 Rv; art. 179 lid 2 Rv; art. 213 Rv
Essentie
Bewijs, Waardering, Partij-verklaring
Samenvatting
Casus
Verweerster heeft een verklaring voor recht gevorderd dat zij met Meijering & Benus B.V. (M&B) in december 1989 een overeenkomst heeft gesloten waarbij zij het exclusieve recht heeft tot bemiddeling bij de verkoop van een aantal te bouwen appartementen. Vervolgens is de vraag of M&B haar verplichtingen uit deze overeenkomst is nagekomen.
De rechtbank heeft uit een tweetal brieven een vermoeden afgeleid dat er tussen partijen een bemiddelingsovereenkomst bestaat. M&B slaagt echter in haar bewijsopdracht. Het Hof wijst de vorderingen van verweerster toe. Zij achtte M&B niet in haar bewijs met behulp van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.