Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2016/794 betreffende het Agentschap van de Europese Unie voor samenwerking op het gebied van rechtshandhaving (Europol)
Artikel 66 Fraudebestrijding
Geldend
Geldend vanaf 13-06-2016
- Bronpublicatie:
11-05-2016, PbEU 2016, L 135 (uitgifte: 24-05-2016, regelingnummer: 2016/794)
- Inwerkingtreding
13-06-2016
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
11-05-2016, PbEU 2016, L 135 (uitgifte: 24-05-2016, regelingnummer: 2016/794)
- Vakgebied(en)
EU-recht / Instituties
Privacy / Internationaal gegevensverkeer
Privacy / Verwerking persoonsgegevens
Openbare orde en veiligheid / Terrorismebestrijding
Internationaal strafrecht / Justitiële en politionele samenwerking
1.
Teneinde de bestrijding van fraude, corruptie en andere onwettige activiteiten krachtens Verordening (EU, Euratom) nr. 883/2013 te vergemakkelijken, treedt Europol uiterlijk op 30 oktober 2017 toe tot het Interinstitutioneel Akkoord van 25 mei 1999 tussen het Europees Parlement, de Raad van de Europese Unie en de Commissie van de Europese Gemeenschappen betreffende de interne onderzoeken verricht door het Europees Bureau voor Fraudebestrijding (OLAF) (1) en stelt Europol op basis van het model in de bijlage bij dat akkoord passende voorschriften op voor al zijn werknemers.
2.
De Rekenkamer is bevoegd om bij alle subsidieontvangers, contractanten en subcontractanten die van Europol Uniemiddelen hebben gekregen, controles op documenten en controles ter plaatse te verrichten.
3.
OLAF kan onderzoeken, waaronder controles en inspecties ter plaatse, uitvoeren om vast te stellen of er sprake is van fraude, corruptie of andere onwettige activiteiten waardoor de financiële belangen van de Unie worden geschaad in verband met een subsidie die door Europol is toegekend of een contract dat door Europol wordt gefinancierd. Deze onderzoeken worden in overeenstemming met de bepalingen en procedures van Verordening (EU, Euratom) nr. 883/2013 en Verordening (Euratom, EG) nr. 2185/96 van de Raad (2) uitgevoerd.
4.
Onverminderd de leden 1, 2 en 3, worden in werkafspraken met organen van de Unie, autoriteiten van derde landen, internationale organisaties en particuliere partijen, contracten, subsidieovereenkomsten en subsidiebesluiten van Europol bepalingen opgenomen die de Europese Rekenkamer en OLAF uitdrukkelijk de bevoegdheid verlenen de in de leden 2 en 3 bedoelde controles en onderzoeken te verrichten overeenkomstig hun respectieve bevoegdheden.
Voetnoten
PB L 136 van 31.5.1999, blz. 15.
Verordening (Euratom, EG) nr. 2185/96 van de Raad van 11 november 1996 betreffende de controles en verificaties ter plaatse die door de Commissie worden uitgevoerd ter bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen tegen fraudes en andere onregelmatigheden (PB L 292 van 15.11.1996, blz. 2).