RFR 2017/16
Bescherming meerderjarige. Is betrokkene in haar belang geschaad, nu in de mededeling dwangbehandeling (art. 38c lid 2 Wet Bopz) niet de termijn van behandeling wordt genoemd?
HR 14-10-2016, ECLI:NL:HR:2016:2370
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
14 oktober 2016
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, C.A. Streefkerk, M.V. Polak
- Zaaknummer
16/01565
- Conclusie
plv. P-G mr. F.F. Langemeijer
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS925183:1
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Bescherming meerderjarige
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:2370, Uitspraak, Hoge Raad, 14‑10‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:997, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 26‑08‑2016
Beroepschrift, Hoge Raad, 23‑03‑2016
- Wetingang
Art. 38c lid 2 Wet Bopz
Essentie
Bescherming meerderjarige. Wet Bopz.
Is betrokkene in haar belang geschaad nu in de mededeling dwangbehandeling (art. 38c lid 2 Wet Bopz) niet de termijn van behandeling wordt genoemd? Kan een gebrek in die schriftelijke mededeling achteraf in de klachtprocedure worden geheeld?
Samenvatting
Betrokkene verblijft in een psychiatrisch ziekenhuis. In dit ziekenhuis heeft betrokkene op 29 september 2015 een ‘kennisgeving aan patiënt ingevolge art. 40a Wet Bopz’ overhandigd gekregen. Hierin werd haar medegedeeld dat een onvrijwillige behandeling met antipsychotische medicatie noodzakelijk was wegens dreigend gevaar buiten de instelling; de behandeling zou starten op 5 oktober 2015. ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.