NJB 2015/689
Aanbesteding. Facultatieve uitsluitingsgrond. Rechterlijke toets. Als uitkomst van een Europese aanbestedingsprocedure gunt de aanbestedende dienst de opdracht aan de inschrijver die op de eerste plaats is geëindigd. Vervolgens blijkt dat betrokkenen bij die inschrijver een ernstige beroepsfout hebben gemaakt door in een ander verband mededingingsbeperkende afspraken te maken. De aanbestedende dienst weigert de inschrijver om die reden van de aanbestedingsprocedure uit te sluiten, omdat de dienst een dergelijke uitsluiting niet proportioneel acht. De inschrijver die op de tweede plaats is geëindigd, maakt daar in dit kort geding bezwaar tegen. HR: De HR stelt prejudiciële vragen over de verhouding tussen Unierecht en nationaal recht bij de toepassing van facultatieve uitsluitingsgronden en over de omvang van de in dit verband aan te leggen rechterlijke toets
HR 27-03-2015, ECLI:NL:HR:2015:757 (Connexxion Taxi Services/Staat)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
27 maart 2015
- Magistraten
Mrs. F.B. Bakels, A.M.J. van Buchem-Spapens, C.A. Streefkerk, G. Snijders, G. de Groot
- Zaaknummer
13/05449
- Roepnaam
Connexxion Taxi Services/Staat
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Aanbestedingsrecht / Gunning
EU-recht / Rechtsbescherming
Aanbestedingsrecht / Aanbestedingsprocedure
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2018:1096, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 06‑07‑2018
ECLI:NL:PHR:2018:422, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑04‑2018
ECLI:NL:HR:2015:757, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 27‑03‑2015
ECLI:NL:PHR:2014:2001, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 07‑11‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 07‑02‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 10‑01‑2014
Beroepschrift, Hoge Raad, 29‑10‑2013
- Wetingang
(Richtlijn 2004/18/EG art. 45 lid 2; Besluit aanbestedingsregels voor overheidsopdrachten art. 45 lid 3)
Essentie
Aanbesteding. Facultatieve uitsluitingsgrond. Rechterlijke toets. Als uitkomst van een Europese aanbestedingsprocedure gunt de aanbestedende dienst de opdracht aan de inschrijver die op de eerste plaats is geëindigd. Vervolgens blijkt dat betrokkenen bij die inschrijver een ernstige beroepsfout hebben gemaakt door in een ander verband mededingingsbeperkende afspraken te maken. De aanbestedende dienst weigert de inschrijver om die reden van de aanbestedingsprocedure uit te sluiten, omdat de dienst een dergelijke uitsluiting niet proportioneel acht. De inschrijver die op de tweede plaats is geëindigd, maakt daar in dit kort geding bezwaar tegen. HR: De HR stelt prejudiciële vragen over de verhouding tussen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.