RFR 2015/84
Huwelijksvermogensrecht. IPR. Zijn de door de vrouw geërfde onroerende zaken in Macedonië in de Nederlandse huwelijksgoederengemeenschap van partijen gevallen?
- Instantie
Hof Arnhem-Leeuwarden
- Datum
17 maart 2015
- Magistraten
Mrs. R. Feunekes, R.A. Dozy, J.H. Lieber
- Zaaknummer
200.142.198
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS921051:1
- Vakgebied(en)
Internationaal privaatrecht / Algemeen
Internationaal privaatrecht / Bijzondere onderwerpen
Personen- en familierecht / Relatievermogensrecht
- Brondocumenten
ECLI:NL:GHARL:2015:1954, Uitspraak, Hof Arnhem-Leeuwarden, 17‑03‑2015
- Wetingang
Art. 1:94 BW
Essentie
Huwelijksvermogensrecht. IPR.
Behoren de krachtens het erfrecht verkregen onroerende zaken tot de algehele gemeenschap van goederen van partijen (ex art. 1:94 lid 1 (thans lid 2) BW), nu op het moment van verkrijging van die onroerende zaken het Nederlandse huwelijksvermogensrecht van toepassing is?
Samenvatting
Partijen zijn op 8 juni 2007 in Macedonië gehuwd, zonder huwelijkse voorwaarden te hebben gemaakt of een rechtskeuze te hebben uitgebracht. Partijen hebben beiden de Macedonische nationaliteit. De man heeft sinds 1993 tevens de Nederlandse nationaliteit. Hij woont sinds november 1989 in Nederland. De vrouw heeft zich in september 2008 in Nederland ...