V-N 2015/25.11
Opbrengst beursgang behoort volgens A-G tot beginvermogen ontvoegde dochter: geen renteaftrekbeperking
HR (A-G) 06-02-2015, ECLI:NL:PHR:2015:72, m.nt. Redactie Vakstudie Nieuws
- Instantie
Hoge Raad (Advocaat-Generaal)
- Datum
6 februari 2015
- Zaaknummer
14/03425
- Conclusie
A-G Wattel
- Noot
Redactie Vakstudie Nieuws
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS920931:1
- Vakgebied(en)
Onbekend (V)
Vennootschapsbelasting (V)
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2015:3369, Uitspraak, Hoge Raad, 27‑11‑2015
ECLI:NL:PHR:2015:72, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑02‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 18‑08‑2014
- Wetingang
art. 13 lid 1 en art. 14 Besl. FE 2003; art. 7 lid 4, art. 10d (oud) en 15 WetVPB 1969
Essentie
A-G Wattel concludeert dat de opbrengst van de beursgang tot het beginvermogen van X bv moet worden gerekend. De renteaftrekbeperking van art. 10d Wet VPB 1969 is dan niet van toepassing.
Samenvatting
De belanghebbende is bij haar oprichting gevoegd met [A] bv als moedermaatschappij in een fiscale eenheid ex art. 15 Wet VPB 1969. Op 1 mei 2007 ging zij ter beurze met (i) een deel van [A]’s aandelen in haar en (ii) nieuwe door haar uitgegeven aandelen. De gelijktijdige emissie en verkoop beëindigden elk afzonderlijk en gelijktijdig de fiscale eenheid ten aanzien van ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.