Einde inhoudsopgave
Regeling geluidniveaus aan boord van vissersvaartuigen
Artikel 15
Geldend
Geldend vanaf 01-11-2000
- Redactionele toelichting
Deze Rijksregeling is voor Nederland en Aruba in werking getreden.
- Bronpublicatie:
17-08-2000, Stcrt. 2000, 169 (uitgifte: 01-09-2000, regelingnummer: DGG/J-00/004487)
- Inwerkingtreding
01-11-2000
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
17-08-2000, Stcrt. 2000, 169 (uitgifte: 01-09-2000, regelingnummer: DGG/J-00/004487)
- Vakgebied(en)
Vervoersrecht / Zeevervoer
1.
Tijdens het meten is de toestand van de omgeving zodanig dat:
- a.
de meteorologische omstandigheden, zoals wind en regen, alsmede de gesteldheid van de zee, geen invloed hebben op de metingen;
- b.
geluid afkomstig van buiten het vissersvaartuig gelegen geluidbronnen, op de meetplaatsen geen invloed heeft op het geluidniveau-A aan boord van het vissersvaartuig. Met betrekking tot constant achtergrondlawaai mogen de afgelezen waarden worden gecorrigeerd volgens het principe van het sommeren van geluidintensiteiten.
2.
De waterdiepte onder de kiel van het vissersvaartuig en de aanwezigheid van grote reflecterende oppervlakken in de nabijheid van het vissersvaartuig, worden vermeld in het onderzoeksrapport, bedoeld in artikel 11.