Einde inhoudsopgave
Arbeidstijdenbesluit vervoer
Artikel 4.8:5 Maximale werktijd en maximale vliegtijd
Geldend
Geldend vanaf 11-06-2004
- Bronpublicatie:
13-05-2004, Stb. 2004, 249 (uitgifte: 01-01-2004, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
11-06-2004
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-05-2004, Stb. 2004, 249 (uitgifte: 01-01-2004, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsomstandigheden en beroepsschade
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
1.
De som van de vliegtijden binnen de vliegwerktijd bedraagt ten hoogste 9 uren of zoveel uren als bepaald overeenkomstig het tweede lid.
2.
In bijlage H behorend bij dit besluit wordt de reductie op de vliegtijd vastgesteld in verband met het aantal landingen binnen de vliegwerktijd, waarbij een landing tussen zonsondergang en zonsopgang wordt geteld als twee landingen.
3.
Een aaneengesloten vliegtijd bedraagt ten hoogste 4 uren.
4.
In afwijking van het derde lid wordt indien de geplande vliegtijd 4 tot 5 uur bedraagt, deze onderbroken door een pauze van ten minste 30 minuten.
5.
Indien, in afwijking van het derde lid, de geplande vliegtijd meer dan 5 uren bedraagt, wordt deze onderbroken door een pauze van ten minste 45 minuten of door twee pauzes van elk ten minste 30 minuten. De pauzes worden zo veel mogelijk gelijkmatig over de vliegwerktijd verdeeld.
6.
De maximum vliegtijd voor een lid van het cockpitpersoneel is:
- a.
33 uren per aaneengesloten periode van 7 dagen;
- b.
110 uren per maand;
- c.
900 uren per jaar.
7.
De werktijd bedraagt niet meer dan 2000 uur per jaar en wordt zo gelijk mogelijk over het kalenderjaar verspreid.
8.
De werkgever organiseert de arbeid in overeenstemming met het eerste tot en met het zevende lid.