Einde inhoudsopgave
Besluit toelichting snelle oplossingen btw 2021
4.3 Vervangende afnemer
Geldend
Geldend vanaf 23-04-2021. Let op: treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 01-01-2020
- Bronpublicatie:
13-04-2021, Stcrt. 2021, 19872 (uitgifte: 22-04-2021, regelingnummer: 2021-3736)
- Inwerkingtreding
23-04-2021, terugwerkend tot: 01-01-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
13-04-2021, Stcrt. 2021, 19872 (uitgifte: 22-04-2021, regelingnummer: 2021-3736)
- Vakgebied(en)
Omzetbelasting (V)
Europees belastingrecht / Richtlijnen EU
Europees belastingrecht / Belastingen EU
In het kader van de regeling voorraad op afroep is het mogelijk om de afnemer te vervangen door een andere ondernemer. Hierbij moet worden voldaan aan de voorwaarden die zijn gesteld in artikel 3b, zesde lid, van de wet. Dit betekent onder meer dat ook moet worden voldaan aan alle (andere) voorwaarden die zijn genoemd in artikel 3b, tweede lid, van de wet. De hoedanigheid van de vervanger dient identiek te zijn aan die van de oorspronkelijke afnemer, met inbegrip van alle rechten en plichten die de leverancier en de oorspronkelijke afnemer overeen zijn gekomen in hun overeenkomst als bedoeld in artikel 3b, tweede lid, onderdeel a, van de wet.1.
Voor het bepalen of sprake is van ‘vervanging’ van de afnemer wordt de Toelichting gevolgd.2. De vervangende afnemer hoeft niet al bekend te zijn op het tijdstip waarop de verzending of het vervoer van de goederen begint. Dit heeft tot gevolg dat op dat tijdstip ook nog geen overeenkomst hoeft te zijn afgesloten met de vervangende afnemer. Vereist is wel dat de leverancier de overeenkomst met de (door hem geïdentificeerde) vervangende afnemer sluit vóór of op het moment van beëindiging van de overeenkomst met de oorspronkelijke afnemer. Verder moet de vervangende afnemer uiterlijk op het moment van de vervanging voor btw-doeleinden geïdentificeerd zijn in de lidstaat van bestemming. Als de overeenkomst met de vervangende afnemer op een later moment wordt gesloten, vervalt de regeling inzake de voorraad op afroep op het moment waarop de oorspronkelijke overeenkomst wordt beëindigd. Het gevolg daarvan is dat op dat moment alsnog sprake is van een door de leverancier verrichte intracommunautaire levering in Nederland als lidstaat van vertrek en een door hem verrichte intracommunautaire verwerving in de lidstaat van bestemming overeenkomstig artikel 3a, eerste lid, van de wet en de geldende btw-regelgeving in de lidstaat van bestemming.
Voetnoten
Kamerstukken II 2019/2020, 35 307, nr. 3 , blz. 13.
Het gaat dan om het gestelde op pagina 15–17 en 34–35 van de Toelichting (onderdelen 2.3.2., 2.5.12. en 2.5.14.).