Wet commissies standaardregelingen
Aanhef
Geldend
Geldend vanaf 01-07-2005
- Bronpublicatie:
26-05-2005, Stb. 2005, 282 (uitgifte: 14-06-2005, kamerstukken: 29421)
- Inwerkingtreding
01-07-2005
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
22-06-2005, Stb. 2005, 320 (uitgifte: 01-01-2005, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Ondernemingsrecht / Bijzondere onderwerpen
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
Wet van 13 december 1989, houdende regelen omtrent de wijze van samenstelling en de werkwijze van de commissies, bedoeld in artikel 214 van Boek 6 van het nieuwe Burgerlijk Wetboek
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is met het oog op de invoering van de Boeken 3, 5 en 6 van het nieuwe Burgerlijk Wetboek regelen vast te stellen omtrent de wijze van samenstelling en de werkwijze van de commissies, bedoeld in artikel 6.5.1.2 van het nieuwe Burgerlijk Wetboek;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: