Einde inhoudsopgave
RvdW 2016/1168
Gegronde klacht dat het Hof de beslissing t.a.v. de vordering tenuitvoerlegging niet heeft voorzien van de in art. 14j lid 1 Sr vereiste motivering.
HR 08-11-2016, ECLI:NL:HR:2016:2525
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
8 november 2016
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, J. de Hullu, V. van den Brink
- Zaaknummer
14/06110
- Conclusie
A-G mr. A.J.M. Machielse
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Sancties
Strafprocesrecht / Terechtzitting en beslissingsmodel
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:2525, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 08‑11‑2016
ECLI:NL:PHR:2016:1083, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 20‑09‑2016
Essentie
Gegronde klacht dat het Hof de beslissing t.a.v. de vordering tenuitvoerlegging niet heeft voorzien van de in art. 14j lid 1 Sr vereiste motivering.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, zittingsplaats Arnhem, van 19 november 2014, nummer 21/009152-13, in de strafzaak tegen: [verdachte]. Adv.: B.P. de Boer, te Amsterdam.
Conclusie
Conclusie A-G mr. A.J.M. Machielse:
1.
Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, locatie Arnhem, heeft verdachte op 19 november 2014 voor: poging tot diefstal, waarbij de schuldige zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft door ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.