Einde inhoudsopgave
Richtlijn 2013/53/EU betreffende pleziervaartuigen en waterscooters en tot intrekking van Richtlijn 94/25/EG
Artikel 49 Uitvoeringshandelingen
Geldend
Geldend vanaf 17-01-2014
- Bronpublicatie:
20-11-2013, PbEU 2013, L 354 (uitgifte: 28-12-2013, regelingnummer: 2013/53/EU)
- Inwerkingtreding
17-01-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-11-2013, PbEU 2013, L 354 (uitgifte: 28-12-2013, regelingnummer: 2013/53/EU)
- Vakgebied(en)
Verkeersrecht / Voertuigeisen
Ondernemingsrecht / Economische ordening
Gezondheidsrecht / Voedsel- en warenkwaliteit
1.
Teneinde rekening te houden met de voortschrijdende technische kennis en ervoor te zorgen dat deze richtlijn op uniforme wijze wordt toegepast, kan de Commissie uitvoeringshandelingen vaststellen met richtsnoeren betreffende:
- a)
gedetailleerde procedures voor de uitvoering van artikel 24, met inachtneming van wat er specifiek voor de conformiteitsbeoordeling van de onder deze richtlijn vallende producten nodig is;
- b)
de uitvoerige toepassing van de in bijlage I, deel A, punt 1, vermelde categorieën vaartuigontwerpen, met inbegrip van richtsnoeren inzake het gebruik van weerterminologie en daarin gebruikte ijkschalen;
- c)
gedetailleerde procedures voor de vaartuigidentificatie als bedoeld in bijlage I, deel A, punt 2.1, inclusief toelichting bij de terminologie, en toekenning en beheer van fabrikantcodes voor buiten de Unie gevestigde fabrikanten;
- d)
de informatie over het plaatje van de bouwer als bedoeld in bijlage I, deel A, punt 2.2;
- e)
de toepassing van de bepalingen inzake navigatielichten als bedoeld in bijlage I, deel A, punt 5.7;
- f)
regelingen voor de voorkoming van lozing, in het bijzonder wat betreft de werking van opvangtanks, als bedoeld in bijlage I, deel A, punt 5.8;
- g)
de montage en het testen van gastoestellen en vaste gassystemen op vaartuigen;
- h)
de vorm en inhoud van de handleiding;
- i)
de vorm en inhoud van de in artikel 51 bedoelde vragenlijst voor de rapportage, die door de lidstaten moet worden ingevuld.
Die uitvoeringshandelingen worden vastgesteld volgens de in artikel 50, lid 3, bedoelde onderzoeksprocedure.
2.
Om naar behoren gemotiveerde dwingende redenen van urgentie, wanneer een product een ernstig risico voor de gezondheid en veiligheid van personen, eigendommen of het milieu vormt, stelt de Commissie met betrekking tot lid 1, punten a), b), e), f) en g), onmiddellijk toepasselijke uitvoeringshandelingen vast volgens de in artikel 50, lid 4, bedoelde procedure.