Einde inhoudsopgave
De overeenkomst in het insolventierecht (R&P nr. InsR3) 2012/2.2.1.6
2.2.1.6 Het belang van de schuldenaar
mr. T.T. van Zanten, datum 14-09-2012
- Datum
14-09-2012
- Auteur
mr. T.T. van Zanten
- JCDI
JCDI:ADS391566:1
- Vakgebied(en)
Insolventierecht / Faillissement
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
Voetnoten
Voetnoten
De maatschappelijke belangen vormen het onderwerp van § 2.5.
Van der Feltz I, p. 372.
Zie nader Verstillen 1998a, p. 145-146.
Zie Wessels Insolventierecht IV 2010, par. 4219.
Zie bijvoorbeeld de artikelen 21 en 37b Fw, alsmede HR 20 maart 1981, NJ 1981, 640, m.nt. CJHB (Veluwse Nutsbedrijven/Blokland q.q.). Zie voorts Verstillen 1998a, p. 143-145.
Vgl. art. 3:13 lid 2 BW. Zie nader Verstillen 1998a, p. 146-148, waar tevens een voorbeeld aan de orde komt van een situatie waarin aan de belangen van de schuldenaar prioriteit werd verleend boven dat van de gezamenlijke schuldeisers. Zie voor een voorbeeld van een situatie waarin het belang van de schuldenaar juist het onderspit moest delven tegen het belang van de gezamenlijke schuldeisers: HR 16 juni 1995, NJ1996, 553, m.nt. HJS (K. en L./Jukema q.q.).
Hiervoor kwam al even ter sprake dat er naast het belang van de gezamenlijke crediteuren dan wel de boedel ook andere belangen zijn waarmee de curator in het kader van de afwikkeling van het faillissement rekening dient te houden, namelijk het belang van de schuldenaar en ook maatschappelijke belangen. In deze paragraaf stel ik het belang van de schuldenaar aan de orde.1 In de memorie van toelichting wordt in dit kader opgemerkt
`dat de curator niet alleen de belangen van de schuldeischers heeft te behartigen, maar evenzeer die van den schuldenaar. Dit toch is geene bijzondere, zelfstandige verplichting den curator als zodanig opgelegd, maar eene die weder in primis op de schuldeischers rust. Evenals op iederen beslaglegger rust toch op hen de verplichting bij de executie de belangen van den schuldenaar te ontzien. Zij kunnen executeeren, ten eigen bate executeren, maar behoren daarbij, voor zooverre zich dit met eene billijke uitoefening hunner rechten verdraagt, met de belangen van den schuldenaar rekening te houden. Alleen zal de nakoming dezer verplichtingen door de tusschenkomst van een onpartijdigen persoon, den curator, beter verzekerd zijn.'2
Ten aanzien van de schuldenaar is dus het uitgangspunt dat diens gerechtvaardigde belangen zo veel mogelijk dienen te worden gerespecteerd.3 Is evenwel sprake van een conflict tussen het belang van de schuldenaar en dat van de boedel, dan dient het boedelbelang in beginsel te prevaleren.4 Dit is slechts anders indien de in het geding zijnde belangen van de (particuliere) schuldenaar bijzondere bescherming genieten, zoals ten aanzien van diens eerste levensbehoeften het geval is,5 of sprake is van een zodanige disproportionaliteit tussen het belang van de gefailleerde en dat van de boedel, dat het eenvoudigweg niet aangaat aan het laatstgenoemde belang voorrang te verlenen.6 De curator heeft dan geen andere keuze dan het belang van de schuldenaar boven dat van de gezamenlijke schuldeisers te stellen.