JAR 2016/58
Vordering loon bij ziekte. Werkneemster ten onrechte veroordeeld in de proceskosten.
HR 05-02-2016, ECLI:NL:HR:2016:198
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
5 februari 2016
- Magistraten
Mrs. A.M.J. van Buchem-Spapens, M.V. Polak en T.H. Tanja-van den Broek
- Zaaknummer
14/04910
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Verbintenissenrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2016:198, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 05‑02‑2016
ECLI:NL:PHR:2015:2219, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 06‑11‑2015
Beroepschrift, Hoge Raad, 24‑09‑2014
- Wetingang
Art. 7:629, 7:629a BW
Essentie
De werkneemster heeft sinds 4 januari 2007 een arbeidsovereenkomst met Medline. Medline exploiteert een tandartspraktijk in Hardenberg. Op 25 maart 2012 heeft de werkneemster een ongeluk gehad. Zij ontvangt sindsdien Krankengeldnaar Duits recht voor vijftien uur per week. In deze procedure vordert de werkneemster dat Medline wordt veroordeeld tot betaling van het haar nog toekomende loon over de periode van mei 2012 tot en met 12 mei 2013, vermeerderd met de wettelijke verhoging. De kantonrechter heeft de werkneemster niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering op de grond dat de inleidende dagvaarding zeer summier was en niet voldeed aan de eisen ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.