Einde inhoudsopgave
Wet op het kindgebonden budget
Artikel 5 Uitvoering
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
20-12-2023, Stb. 2023, 498 (uitgifte: 27-12-2023, kamerstukken: 36342)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
20-12-2023, Stb. 2023, 498 (uitgifte: 27-12-2023, kamerstukken: 36342)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Financiën
- Vakgebied(en)
Sociale zekerheid kinderen en jongeren / Algemeen
Sociale zekerheid kinderen en jongeren / Kinderbijslag
Sociale zekerheid kinderen en jongeren / Kinderopvang
Premieheffing / Algemeen
1.
De Dienst Toeslagen is belast met de uitvoering van deze wet.
2.
De ouder die
- a.
over het berekeningsjaar aanspraak heeft op een kindgebonden budget, en
- b.
over het berekeningsjaar reeds in aanmerking komt voor een andere tegemoetkoming waarvan de uitvoering is opgedragen aan de Dienst Toeslagen,
wordt geacht een aanvraag als bedoeld in artikel 15 van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen voor het kindgebonden budget te hebben gedaan.
3.
Voor de toepassing van artikel 16, eerste en tweede lid, van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen wordt in het geval, bedoeld in het tweede lid, de aanvraag geacht te zijn gedaan op het moment waarop de Dienst Toeslagen bekend is geworden dat de ouder aanspraak heeft op een kindgebonden budget.