Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) 2023/1114 betreffende cryptoactivamarkten en tot wijziging van Verordeningen (EU) nr. 1093/2010 en (EU) nr. 1095/2010 en Richtlijnen 2013/36/EU en (EU) 2019/1937
Artikel 63 Beoordeling van de vergunningsaanvraag en toekenning of weigering van een vergunning
Geldend
Geldend vanaf 29-06-2023
- Bronpublicatie:
31-05-2023, PbEU 2023, L 150 (uitgifte: 09-06-2023, regelingnummer: 2023/1114)
- Inwerkingtreding
29-06-2023
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
31-05-2023, PbEU 2023, L 150 (uitgifte: 09-06-2023, regelingnummer: 2023/1114)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Europees financieel recht
Informatierecht / ICT
1.
De bevoegde autoriteiten zenden onverwijld, en hoe dan ook binnen vijf werkdagen na ontvangst van een aanvraag uit hoofde van artikel 62, lid 1, een schriftelijke ontvangstbevestiging aan de aanvragende aanbieder van cryptoactivadiensten.
2.
De bevoegde autoriteiten beoordelen binnen 25 werkdagen na ontvangst van een aanvraag op grond van artikel 62, lid 1, of die aanvraag volledig is door na te gaan of de in artikel 62, lid 2, genoemde informatie is verstrekt.
Indien de aanvraag onvolledig is, stellen de bevoegde autoriteiten een termijn vast waarbinnen de aanvragende aanbieder van cryptoactivadiensten ontbrekende informatie moet verstrekken.
3.
De bevoegde autoriteiten kunnen weigeren aanvragen te beoordelen indien dergelijke aanvragen onvolledig blijven nadat de overeenkomstig lid 2, tweede alinea, door hen gestelde termijn is verstreken.
4.
Zodra een aanvraag volledig is, stellen de bevoegde autoriteiten de aanvragende aanbieder van cryptoactivadiensten daarvan onverwijld in kennis.
5.
Voordat de bevoegde autoriteiten een vergunning als aanbieder van cryptoactivadiensten toekennen of weigeren, raadplegen zij de bevoegde autoriteiten van een andere lidstaat indien de aanvragende aanbieder van cryptoactivadiensten in een van de volgende posities verkeert in zijn relatie tot een kredietinstelling, een centrale effectenbewaarinstelling, een beleggingsonderneming, een marktexploitant, een icbe-beheermaatschappij, een abi-beheerder, een betalingsinstelling, een verzekeringsonderneming, een instelling voor elektronisch geld of een instelling voor bedrijfspensioenvoorziening, die in die andere lidstaat een vergunning heeft gekregen:
- a)
hij is hiervan een dochteronderneming;
- b)
hij is een dochteronderneming van de moederonderneming van die entiteit, of
- c)
hij staat onder de zeggenschap van dezelfde natuurlijke of rechtspersonen die zeggenschap hebben over die entiteit.
6.
Voordat de bevoegde autoriteiten een vergunning als aanbieder van cryptoactivadiensten toekennen of weigeren:
- a)
kunnen zij de autoriteiten die bevoegd zijn voor de bestrijding van het witwassen van geld en terrorismefinanciering en de financiële-inlichtingeneenheden raadplegen om na te gaan of er geen onderzoek tegen de aanvragende aanbieder van cryptoactivadiensten is ingesteld wegens gedragingen die verband houden met het witwassen van geld of terrorismefinanciering;
- b)
zorgen zij ervoor dat een aanvragende aanbieder van cryptoactivadiensten die vestigingen exploiteert of een beroep doet op derden die gevestigd zijn in op grond van artikel 9 van Richtlijn (EU) 2015/849 geïdentificeerde derde landen met een hoog risico, voldoet aan de nationaalrechtelijke bepalingen tot omzetting van artikel 26, lid 2, en artikel 45, leden 3 en 5, van die richtlijn;
- c)
7.
Indien er nauwe banden bestaan tussen de aanvragende aanbieder van cryptoactivadiensten en andere natuurlijke of rechtspersonen, verlenen de bevoegde autoriteiten de vergunning enkel indien die banden niet in de weg staan aan de juiste uitoefening van hun toezichthoudende taken.
8.
De bevoegde autoriteiten weigeren de vergunning indien de wettelijke of bestuursrechtelijke bepalingen van een derde land die van toepassing zijn op een of meer natuurlijke of rechtspersonen waarmee de aanvragende aanbieder van cryptoactivadiensten nauwe banden heeft, of moeilijkheden in verband met de handhaving van die bepalingen, in de weg staan aan de juiste uitoefening van hun toezichthoudende taken.
9.
De bevoegde autoriteiten beoordelen binnen 40 werkdagen na ontvangst van een volledige aanvraag of de aanvragende aanbieder van cryptoactivadiensten aan deze titel voldoet, en stellen een volledig met redenen omkleed besluit vast waarmee een vergunning als aanbieder van cryptoactivadiensten wordt toegekend of geweigerd. De bevoegde autoriteiten stellen de aanvrager in kennis van hun besluit binnen vijf werkdagen na de datum van dat besluit. In die beoordeling wordt rekening gehouden met de aard, de omvang en de complexiteit van de cryptoactivadiensten die de aanvragende aanbieder van cryptoactivadiensten voornemens is aan te bieden.
10.
De bevoegde autoriteiten wijzen een vergunning als aanbieder van cryptoactivadiensten af indien er objectieve en aantoonbare gronden zijn om aan te kunnen nemen dat:
- a)
het leidinggevende orgaan van de aanvragende aanbieder van cryptoactivadiensten een bedreiging inhoudt voor de efficiënte, gedegen en prudente bedrijfsvoering en de bedrijfscontinuïteit ervan en voor de passende inaanmerkingneming van de belangen van zijn cliënten en de integriteit van de markt, of de aanvragende aanbieder van cryptoactivadiensten blootstelt aan een ernstig risico op het witwassen van geld of terrorismefinanciering;
- b)
de leden van het leidinggevende orgaan van de aanvragende aanbieder van cryptoactivadiensten niet voldoen aan de in artikel 68, lid 1, uiteengezette criteria;
- c)
de aandeelhouders of leden die, direct of indirect, een gekwalificeerde deelneming in de aanvragende aanbieder van cryptoactivadiensten hebben, niet voldoen aan de in artikel 68, lid 2, uiteengezette criteria voor voldoende betrouwbaarheid;
- d)
de aanvragende aanbieder van cryptoactivadiensten niet aan enigerlei voorwaarden van deze titel voldoet of dreigt te voldoen.
11.
De ESMA en de EBA vaardigen overeenkomstig artikel 16 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 respectievelijk artikel 16 van Verordening (EU) nr. 1093/2010 gezamenlijk richtsnoeren uit voor de beoordeling van de geschiktheid van de leden van het leidinggevende orgaan van de aanvragende aanbieder van cryptoactivadiensten en van de aandeelhouders of leden die, direct of indirect, een gekwalificeerde deelneming in de aanvragende aanbieder van cryptoactivadiensten hebben.
De ESMA en de EBA vaardigen de in de eerste alinea bedoelde richtsnoeren uit uiterlijk op 30 juni 2024.
12.
De bevoegde autoriteiten mogen tijdens de in lid 9 bedoelde beoordelingsperiode, doch niet na de twintigste werkdag van die periode, aanvullende informatie opvragen die noodzakelijk is om de beoordeling af te ronden. Een dergelijk verzoek wordt schriftelijk aan de aanvragende aanbieder van cryptoactivadiensten gericht en vermeldt welke aanvullende informatie nodig is.
De in lid 9 bedoelde beoordelingsperiode wordt opgeschort voor de periode tussen de datum van het verzoek van de bevoegde autoriteiten om ontbrekende informatie en de ontvangst van een antwoord van de aanvragende aanbieder van cryptoactivadiensten daarop. De opschorting duurt ten hoogste 20 werkdagen. Eventuele verdere verzoeken van de bevoegde autoriteiten om vervollediging of verduidelijking van de informatie worden naar hun eigen goeddunken gedaan, maar leiden niet tot opschorting van de beoordelingsperiode uit hoofde van lid 9.
13.
De bevoegde autoriteiten stellen de ESMA binnen twee werkdagen na de vergunningverlening in kennis van de in artikel 109, lid 5, genoemde informatie. De bevoegde autoriteiten stellen de ESMA ook in kennis van weigeringen van vergunningen. De ESMA stelt de in artikel 109, lid 5, bedoelde informatie beschikbaar in het in dat artikel bedoelde register tegen de aanvangsdatum van het aanbieden van cryptoactivadiensten.