RAR 2010/99
Pensioen. Hoe moet een pensioentoezegging worden uitgelegd?
HR 23-04-2010, ECLI:NL:HR:2010:BL5262
- Instantie
Hoge Raad
- Datum
23 april 2010
- Magistraten
Mrs. D.H. Beukenhorst, A.M.J. van Buchem-Spapens, J.C. van Oven, W.A.M. van Schendel, W.D.H. Asser
- Zaaknummer
08/04746
- Conclusie
A-G Wissink
- LJN
BL5262
- JCDI
JCDI:ADS874538:1
- Vakgebied(en)
Arbeidsrecht / Algemeen
Pensioenen / Bijzondere onderwerpen pensioenen
Arbeidsrecht / Arbeidsovereenkomstenrecht
Verbintenissenrecht / Algemeen
Verbintenissenrecht / Overeenkomst
Arbeidsrecht / Collectief arbeidsrecht
Arbeidsrecht / Einde arbeidsovereenkomst
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BL5262, Uitspraak, Hoge Raad, 23‑04‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BL5262, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 19‑02‑2010
- Wetingang
BW art. 6:217, 7:611
Essentie
Pensioen.
Hoe moet een pensioentoezegging worden uitgelegd?
Samenvatting
Bij Halliburton is een collectieve pensioenregeling van kracht, waaraan werknemer deelneemt. In 1994 heeft Halliburton besloten de regeling te wijzigen, onder meer omdat deze niet voorzag in indexatie van de pensioenaanspraken van gepensioneerden en ex-werknemers. Bij brief van 9 juni 1994 heeft Halliburton werknemer onder meer geschreven dat de wijziging inhoudt dat de rechten van de dienstverlaters en de ingegane rechten jaarlijks worden aangepast aan de gestegen kosten van levensonderhoud en dat de financiering daarvan plaatsvindt uit de extra renteopbrengsten die de verzekeringsmaatschappij aan Halliburton uitkeert. Werknemer heeft de nieuwe pensioenregeling ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.