Einde inhoudsopgave
Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland tot regeling van de samenwerking in de Eemsmonding (Eems-Dollardverdrag)
Artikel 31
Geldend
Geldend vanaf 01-08-1963
- Bronpublicatie:
08-04-1960, Trb. 1960, 69 (uitgifte: 18-07-1960, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Inwerkingtreding
01-08-1963
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
31-07-1963, Trb. 1963, 114 (uitgifte: 01-01-1963, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Ruimtelijk bestuursrecht / Bijzondere onderwerpen
Douane (V)
Vervoersrecht / Zeevervoer
Internationaal publiekrecht / Bijzondere onderwerpen
1.
In de gevallen bedoeld onder letter g van artikel 30 zal de Eemscommissie er naar streven aan de Regeringen der Verdragsluitende Partijen aanbevelingen voor te leggen.
2.
Indien in de Eemscommissie in de gevallen bedoeld in lid 1 geen overeenstemming wordt bereikt over een aanbeveling, of indien een Regering de andere mededeelt dat het overleg naar haar mening een stadium heeft bereikt waarin van een voortzetting geen resultaat kan worden verwacht, zullen de Regeringen der Verdragsluitende Partijen er naar streven tot overeenstemming te komen.
3.
Indien dit niet gelukt of indien de Regeringen der Verdragsluitende Partijen ondanks een aanbeveling van de Eemscommissie niet tot overeenstemming kunnen komen, geldt het overleg op grond van de verklaring van een van beide Regeringen als beëindigd. Elk der Regeringen kan daarop in verband met dit geschil een beroep doen op het in hoofdstuk 12 bedoelde Scheidsgerecht.