NJB 2012/896
HR, 30-03-2012, nr. 10/01807: Ydo/Baljeu
HR 30-03-2012, ECLI:NL:HR:2012:BU3160 (Ydo/Baljeu)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
30 maart 2012
- Magistraten
Mrs. E.J. Numann, A.M.J. van Buchem- Spapens, W.D.H. Asser, C.E. Drion en G. Snijders;
- Zaaknummer
10/01807
- Conclusie
A-G mr. E.M. Wesseling-van Gent
- LJN
BU3160
- Roepnaam
Ydo/Baljeu
- Vakgebied(en)
Burgerlijk procesrecht / Algemeen
Burgerlijk procesrecht / Hoger beroep
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2012:BU3160, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 30‑03‑2012
ECLI:NL:PHR:2012:BU3160, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 28‑10‑2011
Beroepschrift, Hoge Raad, 09‑07‑2010
Beroepschrift, Hoge Raad, 09‑04‑2010
- Wetingang
Rv art. 343-356
Essentie
Devolutieve werking. Uitzondering. A stelt een vordering uit wanprestatie in tegen B. De rechtbank geeft een bewijsopdracht aan B en overweegt dat indien B niet slaagt in het bewijs, vast staat dat B wanprestatie heeft gepleegd. B stelt tussentijds appel in, maar richt geen grief tegen deze opdracht en overweging. Het hof bekrachtigt het tussenvonnis. Partijen procederen voort bij de rechtbank. Na getuigenverhoor oordeelt de rechtbank dat B is geslaagd in het bewijs en wijst zij de vordering van A af. A stelt appel in. Het hof oordeelt dat B niet geslaagd is in het bewijs, maar dat de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.