RvdW 2010/1422
Geen medeplegen voorhanden hebben vuurwapen en munitie.
HR 23-11-2010, ECLI:NL:HR:2010:BN7725
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
23 november 2010
- Magistraten
Mrs. A.J.A. van Dorst, H.A.G. Splinter-van Kan, W.F. Groos
- Zaaknummer
08/05038
- Conclusie
A-G Vellinga
- LJN
BN7725
- Vakgebied(en)
Bijzonder strafrecht / Wapens en munitie
Strafprocesrecht (V)
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2010:BN7725, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 23‑11‑2010
ECLI:NL:PHR:2010:BN7725, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 14‑09‑2010
- Wetingang
Srart. 47; Wet wapens en munitieart. 26 lid 1
Essentie
Uit de bewijsmiddelen kan niet worden afgeleid dat er sprake was van een op het voorhanden hebben van een vuurwapen met munitie gerichte samenwerking tussen verdachte en haar mededader. Medeplegen van het voorhanden hebben van een vuurwapen met munitie onvoldoende gemotiveerd.
Partij(en)
Arrest op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Amsterdam, zitting houdende te Arnhem, van 21 november 2008, nummer 21/004421-07, in de strafzaak tegen: D. Adv. mr. G. Spong, te Amsterdam.
Uitspraak
Hoge Raad:
2. Beoordeling van het middel
2.1.
Het middel bevat de klacht dat uit de door het ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.