Einde inhoudsopgave
Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen
Artikel 18 [Administratieve verplichtingen]
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2014
- Bronpublicatie:
16-10-2013, Stb. 2013, 413 (uitgifte: 25-10-2013, kamerstukken: 33637)
- Inwerkingtreding
01-01-2014
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
16-10-2013, Stb. 2013, 413 (uitgifte: 25-10-2013, kamerstukken: 33637)
- Overige regelgevende instantie(s)
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen
- Vakgebied(en)
Loonbelasting / Afdrachtvermindering loonbelasting en premie volksverzekeringen
Loonbelasting (V)
Premieheffing (V)
1.
Volgens bij ministeriële regeling te stellen regels maakt de inhoudingsplichtige per loontijdvak een berekening van het in artikel 17, eerste lid, bedoelde loon alsmede het gedeelte van dat loon dat niet in aanmerking is genomen en van het bedrag van de afdrachtvermindering zeevaart.
2.
De inhoudingsplichtige bewaart en registreert met betrekking tot het schip of de schepen waarop een of meer zeevarenden werkzaam zijn met betrekking tot wie de afdrachtvermindering zeevaart wordt toegepast:
- a.
afschriften van monsterrollen als bedoeld in artikel 33 van de Wet zeevarenden;
- b.
afschriften van zeebrieven als bedoeld in artikel 3, eerste lid, van de Zeebrievenwet.
3.
De inhoudingsplichtige legt vast met betrekking tot welke zeevarenden hij in het kalenderjaar de afdrachtvermindering zeevaart heeft toegepast, alsmede het schip of de schepen waarop die zeevarenden werkzaam zijn geweest onder vermelding van de periode waarin dit plaatsvond.
4.
De inhoudingsplichtige legt met betrekking tot zeeschepen die zijn bestemd voor sleep- en hulpverleningswerkzaamheden op zee en die tevens, in en rond havens gelegen op het grondgebied van de Europese Unie en op binnenwateren van de Europese Unie, worden ingezet voor het assisteren bij het meren, ontmeren en verhalen van zeeschepen die inkomen van of uitgaan naar zee en gebruik maken van eigen voortstuwing, de bedrijfstijd vast die is gemoeid met de onderscheidene werkzaamheden. De wachttijd mag evenredig worden toegedeeld aan de bedrijfstijd van de onderscheidene werkzaamheden.
5.
De inhoudingsplichtige bewaart de in het tweede lid bedoelde gegevens, alsmede de in het tweede lid bedoelde afschriften en de in het derde en vierde lid bedoelde vastleggingen, bij de loonadministratie.
6.
Bij ministeriële regeling kunnen regels worden gesteld ten aanzien van de in dit artikel genoemde verplichtingen.