Einde inhoudsopgave
Verordening (EU) nr. 648/2012 betreffende otc-derivaten, centrale tegenpartijen en transactieregisters
Artikel 32 Beoordeling
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2020
- Bronpublicatie:
23-10-2019, PbEU 2019, L 322 (uitgifte: 12-12-2019, regelingnummer: 2019/2099)
- Inwerkingtreding
01-01-2020
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
23-10-2019, PbEU 2019, L 322 (uitgifte: 12-12-2019, regelingnummer: 2019/2099)
- Vakgebied(en)
Financieel recht / Bank- en effectenrecht
Financieel recht / Financieel toezicht (juridisch)
1.
Bij de beoordeling van de in artikel 31, lid 2, bedoelde kennisgeving en de in artikel 31, lid 3, bedoelde informatie beoordeelt de bevoegde autoriteit, met het oog op de gezonde en voorzichtige bedrijfsvoering van de CTP waarop de voorgenomen verwerving betrekking heeft en rekening houdend met de waarschijnlijke invloed van de kandidaat-verwerver op de CTP, de geschiktheid van de kandidaat-verwerver en de financiële gezondheid van de voorgenomen verwerving op alle onderstaande criteria:
- a)
de reputatie en de financiële gezondheid van de kandidaat-verwerver;
- b)
de reputatie en ervaring van de personen die verantwoordelijk zullen zijn voor de bedrijfsvoering van de CTP als gevolg van de voorgenomen verwerving;
- c)
of de CTP in staat is aan deze verordening te voldoen en te blijven voldoen;
- d)
of er goede redenen zijn om te vermoeden dat in verband met de voorgenomen verwerving geld wordt of werd witgewassen of terrorisme wordt of werd gefinancierd of dat wordt of werd gepoogd geld wit te wassen of terrorisme te financieren in de zin van artikel 1 van Richtlijn 2005/60/EG of dat de voorgenomen verwerving het risico daarop zou kunnen vergroten.
Bij het beoordelen van de financiële gezondheid van de kandidaat-verwerver besteedt de bevoegde autoriteit bijzondere aandacht aan het type werkzaamheden die verricht en beoogd worden in de CTP die het doelwit van de verwerving is.
Bij het beoordelen van het vermogen van de CTP om deze verordening na te leven, besteedt de bevoegde autoriteit bijzondere aandacht aan de vraag of de structuur van de groep waarvan de CTP deel gaat uitmaken het mogelijk maakt effectief toezicht uit te oefenen, op doeltreffende wijze gegevens uit te wisselen tussen de bevoegde autoriteiten en de verdeling van verantwoordelijkheden tussen de bevoegde autoriteiten te bepalen.
Over de beoordeling van de bevoegde autoriteit met betrekking tot de in artikel 31, lid 2, bedoelde kennisgeving en de in artikel 31, lid 3, bedoelde informatie, brengt het college op grond van artikel 19 advies uit.
2.
De bevoegde autoriteiten mogen zich alleen tegen de voorgenomen verwerving verzetten indien daarvoor goede redenen zijn op grond van de criteria van lid 1 of indien de door de kandidaat-verwerver verstrekte informatie onvolledig is.
3.
De lidstaten stellen geen voorafgaande voorwaarden aan de omvang van een deelneming die verworven dient te worden, noch staan zij hun bevoegde autoriteiten toe de voorgenomen verwerving te toetsen aan economische marktbehoeften.
4.
De lidstaten publiceren een lijst met informatie die nodig is voor de beoordeling en die bij de in artikel 31, lid 2, bedoelde kennisgeving aan de bevoegde autoriteiten moet worden verstrekt. De vereiste informatie staat in verhouding tot en is afgestemd op de aard van de kandidaat-verwerver en van de voorgenomen verwerving. De lidstaten verlangen geen informatie die niet relevant is voor een prudentiële beoordeling.
5.
Wanneer de bevoegde autoriteit in kennis wordt gesteld van twee of meer voornemens om een gekwalificeerde deelneming in dezelfde CTP te verwerven of te vergroten, worden de kandidaat-verwervers, niettegenstaande artikel 31, leden 2, 3 en 4, door de autoriteit op niet-discriminerende wijze behandeld.
6.
De bevoegde autoriteiten werken nauw samen bij de beoordeling indien de kandidaat-verwerver een van de volgende is:
- a)
een andere CTP, een kredietinstelling, een levensverzekeringsonderneming, een verzekeringsonderneming, een herverzekeringsonderneming, een beleggingsonderneming, een marktexploitant, een exploitant van een effectenafwikkelingssysteem, een icbe-beheermaatschappij of een beheerder van alternatieve beleggingsfondsen, waaraan in een andere lidstaat vergunning is verleend;
- b)
de moederonderneming van een andere CTP, een kredietinstelling, een levensverzekeringsonderneming, een verzekeringsonderneming, een herverzekeringsonderneming, een beleggingsonderneming, een marktexploitant, een exploitant van een effectenafwikkelingssysteem, een icbe-beheermaatschappij of een beheerder van alternatieve beleggingsfondsen, waaraan in een andere lidstaat vergunning is verleend;
- c)
een natuurlijke persoon of rechtspersoon die zeggenschap uitoefent over een andere CTP, een kredietinstelling, een levensverzekeringsonderneming, een verzekeringsonderneming, een herverzekeringsonderneming, een beleggingsonderneming, een marktexploitant, een exploitant van een effectenafwikkelingssysteem, een icbe-beheermaatschappij of een beheerder van alternatieve beleggingsfondsen, waaraan in een andere lidstaat vergunning is verleend.
7.
De bevoegde autoriteiten verstrekken elkaar zonder onnodige vertraging alle informatie die voor de beoordeling van essentieel belang of relevant is. Daartoe delen zij elkaar op verzoek alle relevante informatie mee en verstrekken zij uit eigen beweging alle essentiële informatie. In een besluit van de bevoegde autoriteit die de vergunning heeft verleend aan de CTP welke het doelwit van de verwerving is, worden de standpunten en bedenkingen van de voor de kandidaat-verwerver verantwoordelijke bevoegde autoriteit vermeld.