JWB 2007/131
Onrechtmatige daad, relativiteit
HR 13-04-2007, ECLI:NL:HR:2007:AZ8751 (Iraanse vluchtelinge)
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
13 april 2007
- Zaaknummer
C06/081HR
- LJN
AZ8751
- Roepnaam
Iraanse vluchtelinge
- Vakgebied(en)
Verbintenissenrecht / Aansprakelijkheid
Verbintenissenrecht / Onrechtmatige daad
- Brondocumenten
ECLI:NL:PHR:2007:AZ8751, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 13‑04‑2007
ECLI:NL:HR:2007:AZ8751, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 13‑04‑2007
Beroepschrift, Hoge Raad, 08‑03‑2006
- Wetingang
Art. 6:163 BW
Essentie
Onrechtmatige daad, relativiteit
Samenvatting
Casus
In deze zaak gaat het om een afgewezen schadevordering tegen de Staat van een Iranese vrouw die na vijf jaar als vluchteling is toegelaten.
Rechtsvraag
Strekt de toelating als vluchteling, naast de primaire bescherming die hem moet worden geboden tegen vervolging in het land van herkomst, er mede toe het de vluchteling mogelijk te maken een nieuw bestaan op te bouwen door hem in Nederland rechten te bieden die personen zonder verblijfsvergunning hier in beginsel niet hebben?
Beslissing
Nee. Op zichzelf is juist dat de toelating van een vluchteling tot Nederland de ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.