Einde inhoudsopgave
Vreemdelingencirculaire 2000 (A)
4.3 Opheffing van het besluit tot signalering
Geldend
Geldend vanaf 01-01-2024
- Bronpublicatie:
04-12-2023, Stcrt. 2023, 32816 (uitgifte: 11-12-2023, regelingnummer: WBV 2023/25)
- Inwerkingtreding
01-01-2024
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
04-12-2023, Stcrt. 2023, 32816 (uitgifte: 11-12-2023, regelingnummer: WBV 2023/25)
- Vakgebied(en)
Vreemdelingenrecht (V)
De IND gaat over tot opheffing van het besluit tot signalering als dringende individuele omstandigheden daar aanleiding toe geven. De paragrafen A4/3.5 en A4/3.6 Vc zijn van overeenkomstige toepassing met dien verstande dat:
- ā¢
het vertrek uit Nederland en het onafgebroken verblijf buiten Nederland van toepassing is als sprake is van een signalering in E&S; en
- ā¢
het vertrek uit het grondgebied van de EU (zonder Ierland), Noorwegen, IJsland, Liechtenstein of Zwitserland van toepassing is als sprake is van een signalering in SIS.
De vreemdeling kan een verzoek tot opheffing van het besluit tot signalering indienen als hij nog niet de vereiste duur buiten het grondgebied van de lidstaten van de EU (met uitzondering van Ierland) aangevuld met Noorwegen, IJsland, Zwitserland en Liechtenstein heeft verbleven. De vreemdeling toont aan wanneer hij buiten Nederland, maar binnen het grondgebied van de lidstaten, heeft verbleven tijdens de periode van signalering in E&S.
De IND gaat niet over tot opheffing van het besluit tot signalering op grond van omstandigheden die reeds bij het opleggen van het besluit tot signalering zijn betrokken of betrokken hadden kunnen worden.
Gevaar nationale veiligheid
De IND willigt een aanvraag tot opheffing van een besluit tot signalering dat aan een vreemdeling is opgelegd, omdat hij een ernstige bedreiging vormt voor de nationale veiligheid, overeenkomstig artikel 6.5a, zesde lid, Vb, uitsluitend in als de vreemdeling sinds het uitvaardigen van het besluit tot signalering, en:
- ā¢
het vertrek uit Nederland bij een signalering in E&S ten minste tien aaneengesloten jaren buiten Nederland heeft verbleven, of
- ā¢
het vertrek uit het grondgebied van de EU (zonder Ierland), Noorwegen, IJsland, Liechtenstein of Zwitserland tenminste tien aaneengesloten jaren buiten voornoemd grondgebied heeft verbleven als sprake is van een signalering in SIS.
Als er concrete aanwijzingen zijn dat de vreemdeling op het moment van het beoordelen van de aanvraag om opheffing van het besluit tot signalering nog steeds een ernstige bedreiging voor de nationale veiligheid vormt, verlengt de IND de duur van het besluit tot signalering.