NJ 2021/395
Personen- en familierecht. Zorgregeling (art. 1:253a BW). Ondertoezichtstelling. Door rechter bepaalde bevoegdheid gecertificeerde instelling om zorgregeling tijdelijk te wijzigen.
- Instantie
Hoge Raad (Civiele kamer)
- Datum
5 november 2021
- Magistraten
Mrs. M.V. Polak, T.H. Tanja-van den Broek, M.J Kroeze, F.R. Salomons, G.C. Makkink
- Zaaknummer
20/04401
- Conclusie
A-G mr. M.L.C.C. Lückers
- Noot
S.F.M. Wortmann
- Folio weergave
- JCDI
JCDI:ADS626049:1
- Vakgebied(en)
Personen- en familierecht / Kinderbescherming
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2021:1664, Uitspraak, Hoge Raad (Civiele kamer), 05‑11‑2021
ECLI:NL:PHR:2021:688, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 02‑07‑2021
Beroepschrift, Hoge Raad (Civiele kamer), 28‑12‑2020
- Wetingang
Art. 1:253a, 1:262b, 1:265f, 1:265g, 1:377e BW
Essentie
Personen- en familierecht. Zorgregeling (art. 1:253a BW). Ondertoezichtstelling. Door rechter bepaalde bevoegdheid gecertificeerde instelling om zorgregeling tijdelijk te wijzigen.
Samenvatting
HR 14 december 2018, NJ 2019/88, m.nt. S.F.M. Wortmann, houdt in dat wanneer een gecertificeerde instelling (GI) het van belang acht dat een door de rechter vastgestelde zorgregeling met betrekking tot een onder haar toezicht gestelde minderjarige wordt gewijzigd, zij niet door middel van het geven van een schriftelijke aanwijzing op de voet van art. 1:265f BW die zorgregeling opzij kan zetten. De GI dient in dat geval op de voet ...