NJ 2020/36
Poging tot verleiding. Poging tot grooming strafbaar.
HR 12-11-2019, ECLI:NL:HR:2019:1736, m.nt. N. Jörg
- Instantie
Hoge Raad (Strafkamer)
- Datum
12 november 2019
- Magistraten
Mrs. J. de Hullu, E.S.G.N.A.I. van de Griend, M.J. Borgers
- Zaaknummer
18/00583
- Conclusie
plv. A-G mr. D.J.M.W. Paridaens
- Noot
N. Jörg
- Folio weergave
- Deze functie is alleen te gebruiken als je bent ingelogd.
- JCDI
JCDI:ADS181469:1
- Vakgebied(en)
Materieel strafrecht / Delicten Wetboek van Strafrecht
Materieel strafrecht / Algemeen
- Brondocumenten
ECLI:NL:HR:2019:1736, Uitspraak, Hoge Raad (Strafkamer), 12‑11‑2019
ECLI:NL:PHR:2019:848, Conclusie, Hoge Raad (Advocaat-Generaal), 03‑09‑2019
Beroepschrift, Hoge Raad, 03‑10‑2018
- Wetingang
Essentie
Poging tot verleiding. Poging tot grooming strafbaar.
Het hof kon oordelen dat de gedragingen van de verdachte naar de uiterlijke verschijningsvorm waren gericht op de voltooiing van het bewegen ontuchtige handelingen te plegen of te dulden en dat deze dus zijn aan te merken als een begin van uitvoering van het misdrijf van art. 248a Sr. Voorts kon het hof oordelen dat sprake is van strafbare poging tot grooming (art. 248e Sr).
Samenvatting
Het hof heeft o.m. vastgesteld dat de verdachte (leraar op een middelbare school) meermalen sms‑berichten aan een (minderjarige) leerling van zijn ... Verder lezen? Log in om dit document te bekijken.