Einde inhoudsopgave
Telecommunicatiewet
Artikel 5a.4 [Voorwaarden medegebruik]
Geldend
Geldend vanaf 31-03-2018
- Bronpublicatie:
21-02-2018, Stb. 2018, 73 (uitgifte: 16-03-2018, kamerstukken: 34739)
- Inwerkingtreding
31-03-2018
- Bronpublicatie inwerkingtreding:
21-03-2018, Stb. 2018, 90 (uitgifte: 30-03-2018, kamerstukken/regelingnummer: -)
- Vakgebied(en)
Informatierecht / Telecommunicatie
Bijzonder strafrecht / Economisch strafrecht
1.
Medegebruik als bedoeld in artikel 5a.3 vindt plaats onder billijke en niet-discriminerende voorwaarden en tegen een billijke en niet-discriminerende vergoeding, en kan uitsluitend worden geweigerd op objectieve, transparante en evenredige gronden.
2.
Onder een grond als bedoeld in het eerste lid, kan in ieder geval worden verstaan:
- a.
dat de fysieke infrastructuur technisch of economisch ongeschikt is voor de aanleg, van elementen van een openbaar elektronisch communicatienetwerk met hoge snelheid;
- b.
dat er, rekening houdend met de toekomstige behoeften aan ruimte van de netwerkexploitant, onvoldoende ruimte beschikbaar is voor de aanleg van elementen van een openbaar elektronisch communicatienetwerk met hoge snelheid;
- c.
redenen van veiligheid of volksgezondheid;
- d.
redenen van integriteit en veiligheid van alle reeds aangelegde netwerken of van kritieke nationale infrastructuur;
- e.
een risico van ernstige verstoring van de geplande elektronische communicatiediensten wanneer andere diensten via dezelfde infrastructuur worden verstrekt;
- f.
dat de netwerkexploitant beschikt over levensvatbare alternatieve middelen voor het verlenen van wholesaletoegang tot fysieke netwerkinfrastructuur die geschikt zijn voor het aanbieden van elektronische communicatienetwerken met hoge snelheid, op voorwaarde dat de toegang onder billijke en redelijke voorwaarden wordt verleend.